Briefwisseling 1 juli 1885 tot 15 december 1888

[p. 63]

A. Rössing aan A. Verwey 7.10.85

's Gravenhage 7 Oct '85.

WelEdg Heer

Het mij zoo even toegezonden gedicht,¹ is door mij naar de drukkerij gezonden, om in te voegen op de door u aangegeven plaats. Ik heb ze tevens nog eens tot spoed aangemaand, want niettegenstaande mij beloofd is dat ze er nu geregeld meê zouden voortgaan duurt het toch lang. Er schijnt heel veel werk te zijn want ze werken zeer laat. Het wordt echter tijd dat het bundeltje gereed komt. Ik heb ze verzocht deze week alles in proef te geven.

De afgedrukte vellen van blad 1, 2 heb ik juist aan u afgezonden.

Hoewel de postlooper mij het 1e nr van de Nieuwe Gids zeker eerst morgen ochtend bezorgen zal, bedank ik u reeds bij voorbaat voor de toezending er van, aangezien ik morgen ochtend vroeg uit de stad ga, en u nog eerst even wil antwoorden. Ik hoop van harte dat de onderneming mag slagen.

Zeer aangenaam zou het mij zijn u de volgende week bij mij te zien, er bestaat echter zeer veel kans dat u mij niet te huis treft, aangezien ik juist bezig ben de boekverkoopers te bezoeken om mijn nieuwe uitgaven aan te bieden. Wel kom ik van tijd tot tijd te huis maar ik weet zelf niet juist wanneer.

Mijn adres is Helmersstraat 72

Met de meeste achting

UEd Dw Dr

A Rössing.

In haast.

De bundel wordt ruim 5 vel

1 Albert Verwey, ‘Doode uren’. In: Persephone en andere gedichten, p. 46-49.