Nipper 24
(N.a.v. Mazelenepidemie in de Bijbelbelt).
Mazelen hoorde erbij, in de goede oude tijd.
Dat moest je in je vroege jeugd gehad hebben, was de algemene overtuiging.
Als een kind in de buurt mazelen kreeg brachten andere moeders dus ijlings hun kinderen langs om het over te nemen.
‘Dan heb je het maar gehad’.
Het jeukte enorm, maar het was goddank na een week voorbij.
Heel vreemd was de bof, wat ook elk kind moest hebben gehad op weg naar de volwassenheid.
Je gezicht werd dan ineens aan één kant heel dik.
Pijn deed het niet, maar je begaf je toch liever niet onder de mensen.
Totdat na enige tijd je hoofd er weer normaal uitzag.
Kinkhoest vond ik het ergst. Met grote uithalen hoestte je je longen uit je lijf en geregeld kwam je in ademnood omdat het hoesten langer duurde dan de adem die je in je longen had.
Je was echt bang dat je ging stikken.
Gelukkig heb ik dat nu allemaal achter de rug.