Nipper 6
Roken (1)
Roken hoorde er bij in de eerste 60 jaar van de 20e eeuw, maar was wel iets voor volwassenen. Bij voorkeur nam de man twee sigaretten in zijn mond, stak ze allebei aan en gaf er één aan zijn geliefde. Elke zwart-wit film met Humphrey Bogart laat dat zien.
Als jongen stal ik dus al op mijn 13e (1952) geregeld een sigaret uit het tinnetje sigaretten van mijn vader. Hij pafte er zo'n 30 per dag weg, het tinnetje bevatte er 50, dat merkte hij dus niet. Het zou hem vermoedelijk ook niets kunnen schelen, roken hoorde bij het groeiproces en ik was zijn zoon. We woonden in voormalig Nederlands-Indië dat toen al een paar jaar Indonesië was. In 1953 staken we over naar Bibberland, waar ik vrij snel een dubbele longontsteking opliep. Dat duurde toen 6 weken, want antibiotica werden nog niet ingezet. Toen de huisarts mij genezen verklaarde had ik de intense behoefte te checken of mijn longen echt weer helemaal in orde waren. Ik ging naar de tabakswinkel aan de Slotermeerlaan te Amsterdam en vroeg een pakje Chief Whip. Dat was het merk van de tinnetjes van mijn vader. Ik wist dat er pakjes van 10 stuks te krijgen waren en vroeg dus zo'n halve dosis, mijn zakgeld was gering. De dame achter de toonbank aarzelde. ‘Welk merk?’ vroeg ze. ‘Chief Whip’, herhaalde ik in mijn beste Engels. En nu verstond ze het.
‘O, je bedoelt Sie Wie’. Ik kreeg mijn pakje van 10 stuks en kon na stevig inhaleren concluderen dat mijn longen het weer prima deden.