Langs groene hagen
(1899)–Raf Verhulst– Auteursrecht onbekend
[pagina 157]
| |
[pagina 158]
| |
De jongens, vroolijk,
Dat 't kermis is,
Bekijken oolijk
De meisjes frisch.
De huifkar schokkelt
Hun lachjes los;
Hun vreugde brokkelt
Op veld en bosch.
In jong verblijden
Vereend, gepaard,
Zoo rijden, rijden
Zij kermiswaart.
|
|