Magnetisch veld(1967)–Jan Vercammen– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 61] [p. 61] kind [pagina 63] [p. 63] Proost met Marnix Gijsen na The House... en even onnieuw. Gij kunt niet aan een eigen kind niet denken, dat nobel zijn moest, edel, rijk aan glans. Dat zijn uw eigen woorden, slechts geschenken der hopeloosheid na de laatste kans. En al de rest zijn woorden in het blauwe. Heel onze galaxie draait om de pool- ster rond, daar kan men rustig op vertrouwen, zelfs hij die dronken loopt van apekool. Maar ik, slechts van gewoonten en van leuzen had ik een jeugd. Ik heb ze trouw versjouwd. Ons Vlaandren immers biedt een rijke keuze van vaste rotsen waarop kan gebouwd. Bij voorbeeld ons geloof, dat kathedralen en Bloedraad schiep, de Vlaamse maagd te paard, de heldenmoed in heilige verhalen van schild en vriend, voor altaar en voor haard. Men mag het erf der vaadren niet ontwijden maar overdragen met eerbiedge hand, en kuis de dansen van de duivels leiden, aan Tobia denken op ons ledikant. Ik overzag het vegetale rijpen, de jongen van de dieren rondom mij. Ik gaf aan andren kansen aan te grijpen, zelf aangeklampt te loever en te lij. [pagina 64] [p. 64] Maar Katharina had zo graag de naam Vercammen meegekregen in het leven dat zij niet kreeg, daar ik niet in de kraam kon komen, wat mij God wel zal vergeven. Wat nog? Het alrekord der misverstanden staat lang reeds onbetwistbaar op mijn naam. Ik kwam steevast, steeds tot mijn schade of schande, te laat. Maar mijn blazoen bleef zonder blaam. Zodat ik toch een liefde nog kon vinden, die door de geest het lichaam niet loslaat en omgekeerd. Zo kan ik nu de blinde vertonen zonder Ariadnedraad. Zo kan ik voort nog ‘aan het leven kleven’. Ik haatte niets als onrecht voor de baat en niemand dan die lorren met het leven. De meesten reeds verloren hun gelaat. Ten slotte, dat zo velen armer bleven dan wij, is wellicht maar een maagre troost. En toch, geloof 't of niet, om echt te leven moet geen van beiden wederkeren. Proost. Vorige Volgende