Kun je nog zingen, zing dan mee!
(1908)–K. de Boer, J. Veldkamp– Auteursrecht onbekend100 algemeen bekende schoolliederen
100. Lied der klokke RoelandtGa naar voetnoot*).
| |
[pagina 293]
| |
won - der - ba - re ge - schie - de - nis,
Die al - ler borst doet zwel - len
En al - ler har - te hei - lig is.
Zeg, kent gij wel den zan - ger,
Die op dien to - ren woont,
En
| |
[pagina 294]
| |
daar sinds hon - derd ja - - - ren,
Als 't groot o - ra - kel troont?
Het is de klok - ke Roe-landt;
Wan-neer zij klept, is 't brand;
Wan-neer zij luidt: tri - omf in Vlaan - der - land!
2[regelnummer]
In ban - ge win - ter - nach - ten,
Wan-neer ik droo - mend te luis - t'ren stond,
Dan klon - ken droe - ve klach - ten
Uit zij - nen wij - den bron - zen mond.
En zwar - te kraai - en kras - ten,
En spot - ten met zijn woord;
Maar wil - de win - den zwaai - - - den
Zijn reu - zen - to - nen voort:
‘Mijn naam, mijn naam is Roe-landt!
Wan-neer ik klep, is 't brand;
Wan-neer ik luid: tri - omf in Vlaan - der - land!’
3[regelnummer]
Als 't klok - je klin - gelt ‘A - men’,
Mil-joe - nen ster - ren te glin - st'ren staan;
Mil-joe - nen hel - den kwa - men,
Mil - joe - nen hel - den zijn ver - gaan.
Zij hoor - den zij - ne klan - ken
In vre - de‿en oor - logs - tijd;
O eeu - wen - grij - ze zan - - - ger,
Blijf ons ge - be - ne - dijd,
Zijn naam, zijn naam is Roe-landt;
Wan-neer hij klept, is 't brand;
Wan-neer hij luidt: tri - omf in Vlaan - der - land!
4[regelnummer]
O, komt de gra - ven dek - ken,
Gij, len - te - bloe - me - kens geu - rend zoet;
Want nie - mand hem zal wek - ken,
Den glo - rie-rij - ken reu - zen - stoet.
Maar Roe-landt zal ons blij - ven
Tot 't ver - ste na - ge - slacht;
En eeuw tot eeuw ge - tui - - - gen
Van Vlaan-drens roem en macht
Zijn naam, zijn naam is Roe-landt;
Wan-neer hij klept, is 't brand;
Wan-neer hij luidt: tri - omf in Vlaan - der - land!
|
|