De reus van Rotterdam
(1971)–C.B. Vaandrager– Auteursrechtelijk beschermdStadsgeheimen
[pagina 96]
| |
‘Pas weer een paar doodgegaan.’ ‘Dat gaat maar door.’ (afweergeschut) ‘Goeiemorgen, buurvrouw!’ ‘... paar mensen uit de buurt, van gezicht...’ ‘Bah! Vies ding!’ ‘Zal je alles goed schoonmake...?!’ ‘Heb ik me ouwe jas nóg niet terug... Hoe vin u dat nou?’ ‘Koekies luste we niet.’ ‘Tis weer paradefeessie.’ ‘Staat goed, zeg!’ ‘...zouder haast wat bijlegge.’ ‘Die gozer mot een pak slaag hebbe!’ ‘Bergen verzetten.’ ‘Wat praat die man moeilijk.’ ‘... heb ut altijd een klootzak gevonden.’ ‘Altijd wel om um moete lachen, gekke toeren diedie uithaalde.’ ‘Altijd geziekt.’ ‘Iedereen natuurlijk.’ ‘Minderwaardigheidscomplex? Nergens voor nodig!’ ‘Past zich nie aan. Dan moeten wij ut doen.’ ‘...opeens komp je broer binne...’ ‘Toutrekken om Janssen.’ ‘... geloof dat ik maar swanjeur wor’ ‘Doe je nog meth...pot ver 3!’ ‘Telkens ander, zal jij ook wel weten.’ ‘Zeg toch niet dat Sinatra...’ ‘...hoor dat-ie pruikevrouwtje heef - serieus, buiten z'n sexleven... Dan denk ik toch an oud vrouwtje. Kan me voorstellen dat je jong pruikevrouwtje heb. Voor secretaresse kaje beter ook geen oud wijf neme.’ ‘Wil gewoon eerlijk zijn.’ ‘Maaktem wel weer sympathiek.’ ‘Zie je wel dat-ie niet kan liegen!’ ‘Nee, alsut niet nodig is...’ ‘Kome jullie nog eve binne?’ ‘Nou... wij gaan nog eve un dingetje doen...eh...un dingetje drinke...’ ‘Altijd gezellige buurt gevonden. Weet natuurlijk niet hoe de | |
[pagina 97]
| |
huizen van binnen zijn...’ |
|