Liederen van weemoed, wanhoop en waanzin. Gevolgd door Liefdes-, klaag- en politieke liederen. Aliesjes poëziebundel I en II(1974)–Tymen Trolsky– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 110] [p. 110] IV Ik wist niet wat ik moest zeggen!, verbluft keek ik je aan: jij veegde heel wuft 'n stofje van de manen van 'n paard en neuriede ongedwongen en volstrekt bedaard 'n tophit, die pas naar beneden was gevallen. En toen, nee, jij keek me zo schalks aan: met alle macht van de wereld kon ik je geen verwijt meer maken: nee, na dat sluikse kusje had ik zelfs spijt! We waren weer goede kameraden, we zochten op straat naar 'n arbiter, waarvan we veronderstellen mochten dat hij de regels kende, met wie we ‘'t konden wagen’. Maar nee, werkelijk, ik dacht dat ik met waanzin werd geslagen toen je na nog geen zet die kreet uitstiet: ‘Nee nee, met 'n “arbriter”, dat weet je, speel ik niet!’ Vorige Volgende