Prentenboek(1922)–David Tomkins– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 10] [p. 10] Het winkeltje. Jetje, kom je koopen? Juffrouw heb je knoopen Elastiek en veterband? Nee, juffrouw, niet bij de hand. Maar voor zeven centen Krijg je rijst met krenten! Heb je een stuivertje te kort? Zie dan, dat je rijker wordt! Juffrouw, heb je kralen? 'k Zal zen even halen! Boven in de zolderkast Staan ze netjes opgetast. Hoor eens hier, mijn hartje, Wou je voor een kwartje? Nee, voor veertien cent, juffrouw! Krullemietje, haal ze gauw. Lieve, lange Lijsje, Zing nog eens dat wijsje! Nee, juffrouw, ik heb geen tijd, 'k Wacht hier al een eeuwigheid! Heb je zeep gewogen? Peper in je oogen? Blazen, blazen, wat je kunt! Voor de schrik een pepermunt. [pagina 11] [p. 11] Waar is Jan gebleven? Staat ie gort te zeven? Jan, je moet een boodschap doen. Haal eens even een citroen. Zeg dan bij den slager, Dat ie spek brengt, mager! Neem meteen wat kranten, Jan, Dat ik zakjes plakken kan. Wie stond daar te kijven? Wil je netjes blijven? 't Is een winkel eerste klas, Vechten komt hier niet te pas! Juffrouw, Pietje krabt me! Zet ze gauw den winkel uit! Dit is het besluit. Vorige Volgende