Brieven (2 delen)
(1916)–A.C.W. Staring– Auteursrecht onbekendAan Mr. L.C.R. Copes van CattenburchGa naar voetnoot1).374. Wildenborch den 18 Aug. 1831:HoogwelGeboren Heer en Vriend,
De Verjaardag van den Koning kan vooral thans op nieuw het gebrek doen gevoelen van een ‘God save the King’. Op de wijs van Wilhelmus zijn geen zingbare woorden te maken, dit is mìj (brekebeen) niet alleen, maar ook even zo goed vijftig anderen - van Aldegonde af te tellen - mislukt’..... Staring zendt nu een welkomstgroetGa naar voetnoot2). De coupletten zijn hoogst eenvoudig en niet te ernstig. ‘Voorts bedoelde ik alleen gezonden zin en klank (zo veel de taal gedoogt) en ik had geenszins pretensie op digterlijke verdienste’. Hij heeft zelf een zangwijs beproefd te maken die er boven staat; deze gemakkelijk uitgewerkt worden; de wijs is hoogst eenvoudig. Er zullen fouten in zijn, maar die zijn gemakkelijk te verhelpen. Liefst wil St. er zoo weinig mogelijk veranderd wordt, laat het werk blijven ‘van Nederlandschen maker’. ‘Dat Wilms - een Duitscher het “Wien Neerlands bloed” heeft gecomponeerd is mij altoos stuitend geweest’.... Hij vertelt het een en ander over zijn kinderen die in 't leger zijn. Wanneer het gedicht niet kan dienen, moet het maar verbrand worden. |
|