Inhoudsopgave
Inleiding
Friesche Lust-hof,
I. Starter
Tot den goedgvnstigen leser
[Pag. 1.] Tot de iong-frovwen van Friesland
[8] Inleydingh tot vreughd en gesang
[Wanneer ghy by de wyn syt, soeckt u te vermaken]
[9] [Ieughdige Nimphen, die 't boerten bemind]
[10] [Goddinne, wiens minne, mijn sinnen altyd]
Trou-Dicht
[19] Scheyd-lied,
[21] Wellecomst-ghesangh,
[Cupido, hoe heeft u mijn liefs gesicht bedrogen?]
[25] [Cupid' onlanx gele'en]
[26]Zannasarivs.
[26] [O, cierlijcke cieraed]
[27] [Stil, stil een reys]
[29] [Overschoone vrou, cieraed van onse tijd]
[29] [Wel op mijn Musa heel vrolijck van zin]
[30] Trou-Dicht,
[39] Nieu-Jaers-Lied.
[40] S.V.B. Claegh-liedt,
[42] [Seght doch mijn licht]
[Ik kocht van Venus-kind noyt minne-kramery]
[44] [Ick had voor desen (so doen ick noch)]
[45] Bruylofts-Gedicht.
[De groote gonst, die ghy betoond]
[54] [Mijn soete Coninginne]
[55] Nieu-Liedeken tot lof van Vrieslandt.
[Wanneer Vrou-Venus komt verselschapt met haer staet]
[59] Bruylofts-Gedicht,
[61] [O uyr vol vrolyckheden!]
[62] Gesangh,
[64] Bruydt-lofs-gedicht,
[Aeole! houd doch u winden in toom]
[73] Bruydt-lofs-gesangh.
Claegh-liedt,
[In 't huwen kan men 't niet wel elck te passe maecken]
[76] [SNachts doen een blauw gestarde kleed]
[77] [Suyvere, schoone, vermaecklijcke Maeghd]
[79] Eer-Gaef,
[81] [Vrou-voedster van myn jeugd]
[83] Cupidinis Aenspraeck tot Helena.
[85] Gesangh.
[86] Nieuw-Jaer.
[Is 't nut dat men de toorts, die 't vuyr heeft aen gesteken]
[89] [O schoone Corinna, vooghdesse van myn siel!]
[90] Friesch Pastorel.
[91] Bruydt-Lofs-Gesangh
[92] Gesangh.
[94] [Als u 't geluck toe lacht]
[95] [Had ick duysend ijsere tongen]
[96] [O eenigh voedsel van myn ieughd!]
[98] [Het glas van mijn geneughd]
[99] Drinck-Liedeken
[100] Trouw-Dicht
[105] Bruydt-Lofs-Gesang.
[106] [Schone Margariet]
[108] [Of in een dagh, in een maend, in een iaer]
[110] Wellekomst-Gesangh,
[111] Treur-Liedt,
Over 't droevigh overlyden van den wel-gemelden Grave.
[112] Trouw-Dicht,
[116] Bruydt-Lofs-Liedt.
[117] [Schept ghy veel vreughds]
[118] Trouw-Lieden,
[120] Op de selfde.
[121] Op de selfde.
Een Drinck-Liedeken.
[121] Noch op de selve.
[123] Noch al op de selve.
[124] [Kond' Orpheus stemme]
[125] Harders-Gesangh,
Tusschen Silenius en Silvia.
[128] Bruydt-Lofs-Gedicht,
[O Nymph seer hoogh van waerd]
[142] Bruydt-Lofs-Gedicht,
[163] Bruydt-Lofs-Gesangh.
[165] Harder-Liedt
[166] Nieuw-Iaer-Liedt,
[167] [Wreede Cupido, gevleugelde Wicht]
[168] Bruydt-Lofs-Gedicht,
[G'lijck een die met syn oogh des Hemels hooghte' afmeet]
[176] [Astrea lieve Maeghd!]
[177] [O Angenietje]
Boertigheden
Kluchtigh Tafel-Spel.
[O Elementen wat ick hoor!]
[Beso los manos myn soete schelmtje]
[Ick weet niet wat myn Vryster schort]
Kluchtigh t'samen-Gesang van dry personagien.
[Tracht niet arghlistelyck een Maeghd van 't pad der eeren]
[Is Bommelalire soo groote geneughd]
Chronologische literatuurlijst
Alfabetische lijst van beginregels
De melodieën bij Starters Friesche Lusthof
Inleiding
De melodieën met aanteekeningen
Inleydingh, tot vreughd en gesang,
[Ieughdighe Nimphen, die 't boerten bemind]
[Goddinne, wiens minne, mijn sinnen altyd]
[Cupid', onlanx gele'en]
[O, cierlijke cieraed]
[Stil, stil een reys]
S.V.B. Claegh-liedt,
[Ick had voor desen (so doen ick noch)]
[Mijn soete Coninginne]
Nieu liedeken tot lof van Vrieslandt.
Gesangh
Claegh-liedt,
[Snachts doen een blauw gestarde kleed]
[Suyvere, schoone, vermaecklijcke Maeghd]
[Vrou-voedster van myn jeugd]
Gesangh
Gesangh
[Had ick duysend ijsere tongen]
[O eenigh voedsel van myn ieughd]
[Het glas van mijn geneughd]
Drinck-Liedeken.
[Schone Margariet]
Cupido Godt. Of: bey dyr myn harts.
't Gouddradigh hayr/noch op de selve.
Noch al op de selve.
Harder-Liedt.
[Silvester in de morgenstond]
[Doen Daphne d'overschoone Maeght]
[Als ick (o Kroon van de Jeught)]
[Amaril, die door u soet gelaet]
[Vrou van mijn jeught!]
[Geestige Rymers, kloeck van geest]
La royale.
[D'Wtmuntenst Harderinne]
[O soete Hertjes!]
[Vive le Prince de Orange]
Pingster liedt,
['k Heb veel nachten lang ghewaeckt]
[O Heer! de Prince d'Orange]
[Doen Phoebus vertoogh]
Drinckliedeken.
[Is Bommelalire soo groote geneughd]
[Lieve Joosje, soete Maetje]
Delice Moscovado.
[Bedroefd u nu met recht ghy welgemoede Friesen]
[Overschoone vrou, cieraed van onse tijd]
Nieu-Jaers-Lied
[Seght doch mijn licht]
Bruydt-Lofs-Gesangh.
Nieuw-Jaer.
Minne-klacht.
[Hoe komt Jetske, sis het my]
La durette.
[Deughdrijcke Bruyd, o alroemwaerde maeghd]
Bruydt-Lofs-Gesangh.
[Astrea lieve Maeghd!]
[O Angenietje, Mijn Honigh-Bietje]
Deughd-lievende Goddin
[O Ellementen wat ick hoor!]
[Ick weet niet wat myn Vryster schort]
[Iae wel het moet sint felten doen, dat ick niet aen de Meyd]
[Myn toeverlaet, myn vreughd]
Als ghy compt in Den Hage.
[Ghy yongmans die uyt vrijen gaet]
Rondom leelijck.
Soldaten minne- en drinck-lied
Menniste vryagie
Menniste vryagie.
Alfabetisch lijst van beginregels
Alfabetisch register op de melodieën
Chronolgische literatuurlijst
Afkortingen in de commentaren gebruikt