Nieuwe gheestelijcke refereynen ende liedekens(1603)–Willem van Spoelbergh– Auteursrechtvrij Inhoudsopgave Totten goetvvillighen Leser. Een gheestelijck Liedeken vanden Pater Noster ende Ave Maria. Bruyloft-Refereyn, Op de cleedinge van een gheestelijck dochter. Een gheestelijck Liedeken dienende ter selver feesten: Een ander Bruyloft-Refereyn met presentatie van eenen gheestelijcken Mey, op een geestelijcke Professie. Een gheestelijck Liedeken, dienende opt voergaende Refereyn inde persoon vande Bruyt, Een Bruyloft ghifte van een gheestelijck Penseken op de professie van een geestelijck Bruyt. Een Gheestelijck Liedeken, voor een vierich hert snackende naer Godt: Een Gheestelijck Liedeken, inde persoon van een Sondaer die zijn sonden beschreyt: Een Bruyloft-Refereyn, op de cleedinghe van een Religieuse. Een geestelijck Liedeken, vanden heyligen Gheest te weten, den lofsanck Veni Creator Spiritus. Bruyloft-Refereyn, By maniere van t'samen-sprekinghe, Op een Gheestelijcke cleedinge. Een Gheestelijck Liedeken vande glorieuse Maghet Maria te weten: Haec ets praeclarum vas, d'welck de heylige Kercke singt tegen die Peste. Een liedeken van recreatie sonderlinghe voor Religieusen. D'beclach van des Nederlants benautheyt. Een nieu Gheestelijck Liedeken, als een t'samen-sprake tusschen den Engel des Heeren ende een wereltsche dochter, om haer te trecken tot versmaden vande Weerelt. Bedietsel vande Gheestelijcke handt, voor die geene die een Gheestelijcke leven beginnen. Sonnet vande doot.