Syons wijn-bergh(1670)–M. van de Speybroek– AuteursrechtvrijInhoudende verscheyden schriftuerlijcke liedekens, uyt den Ouden en Nieuwen Testamente by een vergadert Vorige Volgende [Het negenste Liedt 9 - 10 - 11] 9. Ofter dan wel Heere, Heere Werdt geroepen om genaedt: Soo sal 't nochtans, na sijn leere, Dan al wesen veel te laet: Want de weke // is verstreke; 't Sal dan zijn grooten Sabbath, Om betalen // al-te-male Een ygelijcken na dat Hy hier sal hebben gedaen, Sal elck dan sijn loon ontfaen. 10. Dan sullen de water-beken Hier al zijn brandende peck; Daer en sal geen vyer ontbreken, Noch geen hout wesen gebreck: Al de landen // sullen branden; Hy en sal wortel noch tack Overlaten // wilt dit vaten, Droeve pijn, en ongemack, Toren, angst, en zwaer torment In eeuwigheyt sonder endt. 11. Oorlof vrienden in het sluyten, Laet ons altijdt vreesen Godt; Of anders blijven wy buyten, Wel belacht en seer bespodt: Droeve slagen // moeten dragen [pagina 68] [p. 68] Voor ons ongehoorsaemheyt, In dit leven // hier bedreven; Daer en is in eeuwigheyt Geen quijt-schelt, noch tijdt van boet, Gelijck als het hier nu doet. Behoudt het goede. Vorige Volgende