Basuin-klank vervatende eenige uitgelesen Psalmen Davids, lof en feest-gezangen, en geestelike liedekens
(1662)–Tjaert Sonnema– Auteursrechtvrij
[pagina 19v]
| |
heb gesondight U alleen, Dat swaer op
mijn gewee- ten leit; Uw oogen konnen
't quaed niet sien, Gy oordeelt nae gerech-tigheld.
2.
In sond ben ik gebooren Heer,
In sond ontfing mijn moeder my;
Tot waerheid hebt Gy groot begeer,
Ook my Uw wysheid opent Gy:
Laet ik besprengt met ysop zijn,
My wascht, 'k sal reyner zijn dan sneeuw;
En doet my hooren vreughd, dat mijn
Verplett gebeent mach werden nieuw.
3.
O God! van sonden my bevry,
Verdelgh all' ongerechtigheid,
En schept een suiver hert in my,
Een nieuwen geest in my bereid;
Verwerp my niet van Uw gesicht,
Uw Heyl'ge Geest niet van my wend;
De vreughd Uws heyls, Heer, in my sticht,
Den geest des vryheids mywaers send.
| |
[pagina 20r]
| |
heb gesondight U alleen, Dat swaer op
mijn gewee- ten leit; Uw oogen konnen
't quaed niet sien, Gy oordeelt na gerech-tigheid.
4.
Die Uw gebod ten buiten gaen
Wil ik geleiden met Uw Leer,
Dus sullen sy van 't quaed af-staen,
En sich tot U bekeeren, Heer;
O God mijns heils! my doch bevry
Van bloedschult en van quaed beleid,
Mijn tonge dan van herten bly
Sal roemen Uw gerechtigheid.
5.
Met offer zijt Gy niet geëert,
Ik had U zulx wel toegebracht;
Een hert gebrooken Gy begeert,
Een neêrgeslaegen geest Gy acht.
Nae Uw geval doet Sion goed
En bouwt Jerusalem, ô Heer,
Men sal U met een rein gemoed
Doen offerhande meer en meer.
|
|