Moeders bloemen(1926)–Agatha Snellen– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 6] [p. 6] Gerda's kransje. Gerda zit op het grasveld alleen, Veel madeliefjes staan om haar heen, 't Zijn er wel acht en dan nog wel tien, Verderop heeft ze 'r nog meer gezien. Bloemetjes fijn, Bloemetjes klein, Wie krijgt al die bloemetjes fijn? Gerda denkt: ‘Ik vlecht ze te zaam, Maak er een heel mooi kransje van!’ Thuis haalt ze gauw een kluwen katoen, Geeft meteen kleine zus een zoen. Bloemetjes fijn, Bloemetjes klein, Wie krijgt wel dat kransje fijn? Zusje zit vóór het raam in haar bed, Lacht en babbelt en kraait van pret, Steekt haar handjes naar Gerda uit, Wil al de bloempjes die kleine guit! Bloemetjes fijn, Bloemetjes klein, 't Kransje zal zeker voor Zusje zijn! [pagina 7] [p. 7] Vorige Volgende