Bruylofts-kost(ca. 1645)–J. Smeerbol– AuteursrechtvrijBestaande in verscheyden zedighe en boertighe echts-gezangen, drink-liedjens, raadselen, rondeelen, lever-rijmpjens, en andere snakerijtjens, voor d'Aemsteldamsche jeughd opgeschaft Vorige Volgende [pagina 27] [p. 27] Kermis, Toon: Naardien uw Goddelikheid. d' AAnstaande kermis vreugt Kan, aan d' onnooste jeugd, Veel lust en vreugde geven: Hier hoortmen 't Fluitje gaan; Gins sietmen't Vaandel sweven Daar weer de Trommel slaan. Elk stoft dan op zijn goet, Dees grabbeld in het soet, Met sonderling behagen: Hier wankt een boog of spat, Daar ziet men poppen dragen: Want y der krijgt dan wat: Maer al dit spel is wind; Schoon 't een eenvoudig kind Te wonder kan vermaken: D'oprechte Kermis leeft Wanneerm' op roozekaken Verweende kusjes geeft. Granida deze nacht, Van Daiflo lang verwacht, Sal u een Kermis teelen: Een Kermis, wiens geval, V, door een minlik speelen, Tot vrouw her scheppen zal. Dan zultg', op Venus troon, Voor deze Bruilofts-kroon, Een waerder schat ontfangen: Ga, zie het nachje schift, V hart heeft ree verlangen Naar deze Kermis-gift. Nu zoete Maagden, ghy Sult mee, na lang gevry, Aan zulk een Kermis raken: 'k Weet datje soetheit zoek; Deez salje beter smaken Dan Hijlkemakers-Koek. Vorige Volgende