Gezangen van Heilige en Godtvruchtige stoffe(1687)–Willem Sluiter– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Triomf van Gods Kinderen, in de woorden des Apostels Rom. VIII. 31-39. Stem: Psalm 12. Doet ons bystant, 't is meer dan tijd ô Heere. Of: Psalm 110. De Heere heeft gesproken tot mijnen Heere. Of: Aldus. IS God voor ons, wie sal ons tegen streeven? Die ook niet heeft zijn eygen Soon gespaert, Maer heeft hem voor ons allen over-geeven, Op dat zijn gunst tot ons sou sijn - verklaert. 2. Hoe sal hy ook met hem niet alle dingen Ons schencken? wie sal derven zijn soo trots, Dat hy voortaen beschulding in souw bringen Die tegen zy den uytverkoor'nen Gods. 3. Godt is het die doch wil regtveerdig maken. Wie is het die veroordeelt en verdoemt? 't Is Christus, die aennemend' onse saken Gestorven is; ja dat noch meerder roemt: [pagina 356] [p. 356] 4. Die ook is uyt den dooden opgewekket: Die ook noch is tot Godes rechter-hand: Die ook aldaer ons tot een voorspraek strekket: Wie isser die sich tegen ons noch kand? 5. Wie sal ons van de liefde Christi scheyden? Verdrukking, of benautheit of gevaer, Of honger, swaert, of naektheit, of het leyden En dryven in vervolging hier en daer? 6. (Gelijk hier van te vooren is geschreven, Wy zijn om u gedood en omgebracht Den gantschen dach: wy zijn geachtet even Als schapen die men d'een na d'ander slacht.) 7. Maer wy zijn in al deese swarigheden Verwinners, ja wy zijn hier in noch meer, Wy konnen 't al als met de voeten treden Door hem die ons heeft lief gehadt soo seer. 8. Want ik ben vast versekert, dat noch leven, Noch doot, noch macht, noch d'overheden all', Noch d'Eng'len die altijt de lucht doorsweven, Noch yets dat is of dat noch komen sal; 9. Noch hoogt' of diept', of soo een schepsel meer is, Ons scheyden kan van deese liefde Godts, Dewelke vast in Jesu Christ' ons' Heer is, Al waren sy alt'samen noch soo trots. Vorige Volgende