| |
| |
| |
Vroelen
Ten zuiden van Noorbeek ligt het gehucht Vroelen, dat bereikbaar is via de St. Maartensweg (naar St. Maartensvoeren) en de Vroelenstraat (afb. 411).
Vroelen wordt beheerst door de bebouwing op de Savelberg nr. 26 en de nog iets hoger gelegen hoeve ‘De Peul’ (nrs. 29 en 30) in het verlengde van de Vroelenstraat. Hoeve ‘De Savelberg’ vormt met het rechts aansluitende buurpand een markant complex. Door successievelijke verlenging is een opmerkelijk lange en smalle woonvleugel ontstaan langs de straat. Heel bijzonder door het waaiervormig patroon van de kopgevels was de vakwerkschuur met dwarsdeel, die aan de achterzijde de half open hof afsluit. Een lager gelegen, kleine bouwconcentratie ligt aan het eind van de St. Maartensweg, waar de panden nrs. 35 en 38 voorbeelden zijn van kleinere bedrijven. Voorts staan aan het verbindingsstuk tussen de St. Maartensweg en de Vroelenstraat de nrs. 31-31a en nr. 32, de hoeve ‘Weilust’, een omstreeks 1880 deels verjongd complex. Aan de Vroelenstraat nr. 24 staat hoeve ‘De Eendepoel’, met bakstenen woonhuis, vakwerkschuur en bakhuis.
| |
Put
Bij de driesprong, westelijk van hoeve ‘Weilust’, staat op een natuurlijke verhoging langs de weg een put met een in breuksteen opgetrokken manshoge putwand. Aan de voorzijde tussen bakstenen muurdammen een hekwerk, XVII.
409 St. Maartensweg nr. 35, opname 1962.
| |
| |
| |
Wegkruisen
1. | Bij de put staat een eenvoudig smeedijzeren wegkruis, XIX d. |
2. | Tegen de gevel van de Kleine Peul (Vroelen nr. 30) hangt een kruis met gesneden houten corpus, XX a. |
| |
Boerderijen
St. Maartensweg
St. Maartensweg nr. 35
Boerderij (afb. 409) met het woongedeelte in baksteen, evenwijdig aan, maar teruggelegen ten opzichte van de weg. Vrijwel haaks daarop aansluitend een stalgebouw in vakwerk met een voornamelijk breukstenen gevel aan de St. Maartensweg. Datering: XVIII B en XIX.
Woonhuis met verdieping ter breedte van vijf traveeën met in de voorgevel rechthoekvensters met hardstenen omlijsting. Aan de rechterzijde verlengd achter de vakwerkschuur. Links van het woonhuis sluit een kleine zelfstandige woning aan die omstreeks 1920 is gebouwd.
De vakwerkschuur heeft aan de straatkant een breukstenen kopgevel tussen bakstenen vlechtingen. De gevel is aan de hofzijde op dezelfde wijze nog eens verbreed. Het vakwerk heeft baksteenvullingen met variaties in het metselwerk (afb. 68).
| |
Vroelen
Vroelen nr. 27
Hoeve ‘Savelsberg’ (afb. 411), gebouwd op een markant punt bij de verbindingsweg tussen Vroelenstraat en St. Maartensweg.
De hoeve bestaat uit een met de lange zijde aan de straat grenzende bakstenen vleugel waarin woonhuis, poort en stal zijn ondergebracht. Daarachter aan de cour en evenwijdig aan de straatvleugel een grote vakwerkschuur, XIX a.
Het woongedeelte met verdieping is van het type van de door kamers geflankeerde middengang. Het staat links van de poort en, vrij uitzonderlijk, met de achterzijde naar de straat. De toegang bevindt zich aan de courzijde. In de as van het trappehuis zijn kleine vensters. De woning is onderkelderd. Dit is eveneens het geval bij de aanbouw tegen de linker kopgevel van het huis.
Voorts zijn hier lagere aanbouwen tegenaan gezet, waaronder een mergelstenen bakhuis. Rechts van de poort staat de stalvleugel met verdieping en zolder, die het buurhuis nr. 26 als belending heeft.
De vier balkvakken brede doorrijschuur, die achter op de hof evenwijdig aan
410 Vroelen volgens recent nette plan. Tekening door T. Brouwer.
411 Vroelen nr. 27. Woongedeelte van de hoeve ‘Savelsberg’, opname 1989.
| |
| |
412 Vroelen nrs. 29-30. ‘De Grote en Kleine Peul’, opname 1987. Zie voor geveltekening afb. 416.
het woonhuis staat, bezit schuurdeuren in de tweede travee. De grotendeels versteende vakwerkschuur vertoont een karakteristiek patroon van uitwaaierende tussenstijlen in de kopgevels.
- Literatuur. Vroelen 184, in: Nieuwsbulletin K.N.O.B., 1954, 3*.
- Opmetingstekening. Plattegrond en gevels, bestaande toestand en plan tot restauratie, schaal 1:100, door W. van Amstel, 1954, witdruk in collectie RDMZ.
| |
Vroelen nrs. 29-30
Hoeve ‘De Peul’ of ‘De Pöl’, bestaande uit ‘de Grote Peul’ (Vroelen nr. 29) en de ‘Kleine Peul’ (Vroelen nr. 30). De hoeve is mogelijk de laathof van Jopil, die wordt genoemd in 1538 (Maasgouw 1948, blz. 61, noot 7).
Het complex (afb. 412-419) bestaat uit een oorspronkelijk gesloten hoeve, in bezit van het geslacht De Warrimont. De hoeve is ca. 1835 gesplitst. Het oudste gedeelte is het woonhuis, links van de cour (nr. 29). De cour wordt van de straat afgescheiden door een poortvleugel en aan de achterzijde afgesloten door een grote schuur. De tegenover het woonhuis gelegen stalvleugel is later afgesplitst en daarvan is het voorste gedeelte verbouwd tot woning van de ‘Kleine Peul’, (nr. 30), die aan de achterzijde met een schuur/stal is vergroot, zodat de afgesplitste hoeve in hoofdlijnen een L-vormig grondplan kreeg. Het gedeelte rechts van de poort werd eveneens bij de ‘Kleine Peul’ getrokken en aan de voorzijde is het woongedeelte nog eens verlengd met een schuur. Op de binnenplaats staat een jongere vleugel tegen de gesloten lange gevel van nr. 30. Achter de schuurpartij van de ‘Grote Peul’ staat een jongere brede veestal.
De ‘Grote Peul’ (afb. 412-418). Het brede onderkelderde woonhuis met verdieping en zolder is samen met de aansluitende paardestal opgetrokken in baksteen en breuksteen. De breuksteen loopt tot de onderkant van de
| |
| |
413 Vroelen nr. 29. ‘De Grote Peul’. Woonvleugel en poortvleugel aan de straatzijde, opname 1972.
414 Vroelen nr. 29. ‘De Grote Peul’. Woonvleugel en poortvleugel aan de cour, opname 1987.
415 Vroelen nr. 29. ‘De Grote Peul’. Hardstenen rondboogpoort en houten kruisvenster in de paardestal, opname 1987.
natuurstenen vensteromlijsting. In de kopgevel aan de Vroelenstraat drie grote vensters op de begane grond en kleine getraliede vensters op de verdieping; in de topgevel zijn ronde oculi opgenomen (afb. 413).
De gevel aan de binnenplaats vertoont sporen van wijzigingen in de vensters. Ook hier diverse hardstenen omlijstingen en een houten kruiskozijn onder ontlastingsboogjes bij de paardestal (afb. 414). De hoofdtoegang heeft een rechthoekige omlijsting. De paardestal achter het woongedeelte is toegankelijk via een rondboogpoortje; hij is inwendig nog voorzien van de oorspronkelijk inrichting met voederbak. Het woonhuis is van het type met middengang, maar de brede ruimten aan weerszijden van de gang zijn onderverdeeld in twee vertrekken achter elkaar.
Het woonhuis is geheel onderkelderd. De kelder aan de straatzijde, waarvan de wanden zijn opgetrokken in breuksteen, is overkluisd door een hoog ellipsvormig tongewelf in baksteen, XVII. De tweede kelder heeft ellipsgordelbogen, waartussen segmentkappen, geheel in baksteen uitgevoerd. Hardstenen keldertrap en dito plavuizen in de gang beganegronds. Voorts trap met vlakke, iets geprofileerde balusters, XVIII B. In de vertrekken op de begane grond moerbalkzolderingen. Deuren met vierkante versiering in de hoeken van de omlijsting en met koperen klinken en slotplaten; rozetten in de bovenhoeken van de deuren naar de kelder en in het trappenhuis. Van de kamers aan de straatzijde heeft de hoekkamer een in de buitenhoek geplaatste
| |
| |
| |
| |
416 Vroelen nrs. 29-30. Hoeve ‘De Peul’. Boerderijcomplex, bestaande uit ‘De Grote Peul’ (nr. 29) en ‘De Kleine Peul’ (nr. 30). Plattegrond en kelder, doorsneden over de woongedeelten en schuur, gezien naar de poort; doorsnede over de schuren, gezien naar de achterzijde. Schaal 1:300. Opmetingstekening, weergave van nr. 29 gedeeltelijk gebaseerd op gegevens van R.M.J. Bertels en F.J. Mooren (1969), en naar eigen waarneming door A. Warffemius, 1987.
| |
| |
417 Vroelen nr. 29. ‘De Grote Peul’. Schoorsteenbetimmering en kast in kamer op de verdieping, opname 1987.
418 Vroelen nr. 29. ‘De Grote Peul’. Hoekschoorsteen in de kleine voorkamer, opname 1987.
gestucte kachelnis met een geschilderde voorstelling van een herderin in landschap, XIX B (afb. 418).
Op de verdieping een grote, door latere wanden onderverdeelde kamer, waarvan de moer- en kinderbalken zijn geprofileerd en voorzien van een paneelindeling. In de kamer een houten schoorsteenmantel met blauwe tegels en haardstenen; op de gestucte schoorsteenboezem met houten afdeklijst een op doek geschilderd medaillon met landschap, laat 19de-eeuws werk. Rechts naast de schoorsteen een houten muurkast met geprofileerde paneelomlijstingen en hol afgeschuinde paneelspiegels, XVIII A (afb. 417). Op de verdieping bevond zich vroeger tegen de buitengevel een in vakwerk uitgebouwde privaat.
De hoeve wordt aan de straatzijde afgesloten door een poortvleugel, waarvan het linkergedeelte als keuken bij de ‘Grote Peul’ hoort. Het rechtergedeelte behoort bij de tot woning met verdieping omgebouwde kleine stallen, die deel uitmaken van de ‘Kleine Peul’.
De grote schuur heeft een opmerkelijke gebintconstructie, die de ruimte in twee grote vakken indeelt (afb. 416, A-A). De twee bijna 9 m hoge spantbenen verdelen de schuur over de breedte in drie even brede delen. Op het spant, dat aan de voet wordt geschoord en op halve hoogte door blokkeelbalken horizontaal is verbonden met de buitenmuren, staat een geschoorde nokstijl. Op de beide horizontale balken staat een stijl die de gording draagt. De buitenste stijlen zijn geschoord vanuit de blokkeelbalk naar het hoofdspant. De ‘Kleine Peul’ (afb. 419). De woning van nr. 30 staat in hoofdmassa dwars ten opzichte van de straat, in welke richting het huis ook is verlengd door de vooruitspringende appendix, waarin zich behalve de garage ook de hoofdtoegang bevindt.
De binnen een voormalige stalvleugel gecreëerde woning toont in hoofdopzet nog wel de oorspronkelijk twee even grote stalruimtes, maar is verder niet in een type te vatten. Zo zijn er in de lange ingangsgevel drie verschillende soorten deur- en vensteromlijstingen te onderscheiden. Verder is het rechtergedeelte van de poortvleugel van de ‘Grote Peul’ eveneens bij de woning getrokken, waardoor nog twee kamers aan de voorzijde liggen.
| |
| |
419 Vroelen nr. 30. ‘De Kleine Peul’. Woonvleugel, ontstaan uit een verbouwing van de voormalige stallen van het nog ongedeelde complex, opname 1987.
Opmerkelijk is dat juist de gedeelten aan de straat en op de hoek zijn onderkelderd; samen drie kleine kelders: de middelste met een mergelstenen tongewelf en de twee buitenste met een gewelf van gordelbogen en trogjes (afb. 86). De toegang tot de kelder bevindt zich in het gangportaal. Achter de woonvleugel liggen de stallen. Haaks ten opzichte van de stal sluit daartegen een bakstenen doorrijschuur aan, die aan de kopse zijde wordt geflankeerd door een wagenschop.
Parallel aan de historische hoeve staat een moderne koestal, die van de ‘Kleine Peul’ op haar beurt weer een bijna gesloten hoeve maakt.
- Opmetingstekeningen. Serie opmetingstekeningen van de bestaande toestand en plannen voor een verbouwing van de stallen en het schuurgedeelte van de ‘Grote Peul’ tot vijf vacantiewoningen. Plattegronden, gevels en doorsneden in 13 bladen, schaal 1:100, door R.M.J. Bertels en F.J. Mooren, 1969, witdruk in coll. RDMZ.
Plattegronden, doorsneden en aanzichten van Grote en Kleine Peul, schaal 1:100, door A. Warffemius, 1988, Coll. RDMZ.
- Foto's. Serie opnamen uit 1972 en 1987, Coll. RDMZ (afb. 416).
| |
Vroelen nr. 32
Bij hoeve ‘Weilust’ staat een tot vacantiewoning omgebouwde vakwerkschuur, ca. 1800. |
|