Stichtelijke gezangen, in verscheidene gelegenheden gedicht, en met aanmerkingen, tot verstand van eenige stukken uit de H. Schrift, verrijkt. Deel 3(1765)–Rutger Schutte– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 254] [p. 254] Goëls dood de Bron van't leven. Mijn leven, Ô GOËL, is jammerlijk sterven! Al stervend, moest ik U het leven verwerven. Zou't Eigen nog leeven, zoo zondig en snood? Mijn le - ven is d'oorzaak van't sterven der dood! O Zali - ge vruchten van't stervende le - ven! Kalvari - a, zult ge d'on - sterflijkheid geeven? G'ontgrendelt den he - - mel, die't zondi-gen sloot! Vorige Volgende