Stichtelijke gezangen, op de beste Italiaansche, en eenige in dien smaak nieuwgemaakte zangwyzen; by verscheidene gelegenheden gedicht. Deel 1(1762)–Rutger Schutte– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 11] [p. 11] Reize naar Jerusalem. Stem: Condolce forsa. Canz. II. I. O Slaverny! O nagt van zonden! 'k Ley vast gebonden, God maakt my vry. 'k Zie 't licht nu ryzen, Wie stapt my tegen? Wie zal, de wegen Naar Kanaan, wyzen? II. Myn vuurkolom, Ik zou verdwaalen: Schiet uwe straalen, In 't heiligdom. 'k Hoor Sukkoths velden, En legerplaatsen; De galmen kaatsen, Die God vermelden. III. Immanuël, Myn lust en leven, Die rust kunt geeven, O levenswel: [pagina 12] [p. 12] Gy hebt myn zonden, Geheel verborgen, Met al myn zorgen, In de open' wonden. IV. Nu reize ik meê; 'k Vrees geen gevaaren, Geen felle baaren Der roode zee; Geen Maraas wat'ren, Geen hel van ond'ren, Geen Horebs dond'ren, Hoe fel ze klat'ren. V. 'k Vrees angst nog nood Van 't naar geweten, Nog slangebeeten, Nog graf nog dood. 'k Zal, door 't aanschouwen Der koopren slange, Waar naar 'k verlange, Myn ziel behouën. VI. 'k Zal mag're spys, Nog schaarse stroomen, Nog vyand schroomen. Dan zet ik prys, [pagina 13] [p. 13] Op 't hemelsch Manna: God slaat de rotsen, En dwingt de trotsen, Ik zing Hosanna. VII. 'k Volg JESUS wet Met vlugge schreden; Tot ik myn treden Op Nebo zet. Hy scheurt de stroomen. Hy maakt my heilig, Hy zal my veilig, Doen binnen koomen. VIII. Jerusalem, O stad die boven Al de Eng'len looven, Gy kent myn stem! 'k Zal vreê beërven, En vreê gevoelen; Het zondig woelen, Zal eeuwig sterven. Vorige Volgende