De gedichten van den Schoolmeester
(1902)–De Schoolmeester– Auteursrecht onbekend
[pagina 311]
| |
Ander.Aan de eene zijde.Wandlaar met een leêge zak,
Ga maar voorby op uw gemak.
| |
Aan de andere zijde.Wandlaar met een voile tas,
Kom eens in en drink eenglas.
| |
[pagina 312]
| |
Ander.Wandlaar, ik zit my hier toch in 't buffet to verveelen,
Zullen wy eens zamen een glaasjen drinken, en voor 't gelag een smousjasjen spelen?
| |
Ander.Jeugdig reiziger, mijn vrouw en ik zijn van daag van huis,
Doch mijn twee jongste dochters zijn t' huis.
| |
Ander.Zeg, reiziger, watertandt u 't verhemelte niet,
Als je hier mijn gebraden sousijsjens ziet?
| |
[pagina 313]
| |
Ander.In den geänglizeerden ossestaart
Vindt men logeerkamers te voet en te paard.
| |
Ander.In den vergulden kalfslever
Verkoopt men koek en jenever.
Voor contant geld is 't hier 't paradijs der lekkerbekken;
Maar wie crediet wil hebben, mag, voor hy verarriveert, weer vertrekken.
|
|