De gedichten van den Schoolmeester(1902)–De Schoolmeester– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 286] [p. 286] Op het ontvangen van Nieuwen Haring. O Haring, met uw pekelsmaakjen, O hartverkneutrend zeeziek snaakjen, Hoe dorstig, hoe gelukkig maakje De maag, die van uw lekkers houdt. Gy zijt een fraai en snoeprig vischjen, In 't keurlijk pieterceli-dischjen, Een malsche beet voor jong en oud. Geef andren spekstruif, of pastijtjens, Of Fransche lever-lekkernijtjens, Geef andren haas- of hertebout, Of wel doortruffeld zwijnepootjen, My is uw lieflijk middelmootjen Het fijnst banket en zoet uw zout. Vorige Volgende