Het fluitketeltje en andere versjes(1992)–Annie M.G. Schmidt– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 45] [p. 45] De koning wou gaan schaatsenrijden Er was een oude koning en zijn naam was Isidoor, die wou gaan schaatsenrijden, in de tijd dat het nog vroor. De zon scheen en het ijs was glad, er was maar één verdriet: De koning kon niet rijden, neen, de koning kon het niet. Toen liet hij zich maar dragen door twee deftige lakeien, (die heb je, als je koning bent, de meeste tijd wel bij je.) En die twee konden schaatsenrijden, zó verbazend vlug! Dat ging van zwiet naar links en zwiet naar rechts, en dan weer t'rug. Ze reden langs de wallekant, ze reden op de sloot, de koning was goed ingepakt, alleen zijn neus was bloot. Nu zijn lakeien altijd hele deftige meneren... (Ze mogen blijven kijken, als de koning gaat souperen.) En deze twee, die waren deftig, déftig, lieve tijd, [pagina 46] [p. 46] ze reden met hun neuzen in de lucht van deftigheid. Ze keken niet opzij, die twee, ze keken ook niet om, ze keken ook niet naar het ijs, dat was een beetje dom, ze reden met hun neuzen in de lucht en keken strak, en toen en toen, daar heb je 't al, daar heb je 't al: Het wak... Er kwam een plons, een reuzeplons, de eerste reed er in, hij zakte loodrecht naar benee, precies tot aan zijn kin. De draagkoets schoot er overheen. De achterste lakei viel ook weer regelrecht in 't wak. Hij kon er net nog bij. Alleen de koning in zijn koets stond eenzaam op het ijs, en schreeuwde: Help, een ongeluk! O, help mijn twee lakeis! (Hij wou lakeien zeggen maar hij was zo overstuur.) Gelukkig kwam er hulp, jawel, er was een boerenschuur, daar kwamen toen twee boeren uit, ze hadden lange stokken, ze hebben die lakeien aan hun pruik eruit getrokken. Daar stonden ze, ze waren nat, en helemaal niet deftig. Het is je eigen schuld, zo zei de koning, wel wat heftig. Ze kregen baaien broeken aan en reden alle twee de hele weg naar huistoe met hun neuzen naar benee. En dit was de geschiedenis van koning Isidoor, en als je 't niet geloven wil, dan laat je het maar, hoor! Vorige Volgende