Verzamelde werken 1917-1919
(2004)–K. Schilder– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 72]
| |
10. Jubileum of niet?Ga naar voetnoot1.Mij werd toegezonden nummer 9 van den 30en jaargang van ‘De Wekker’, orgaan der Christelijke Gereformeerde Kerk in Nederland.Ga naar voetnoot2. Het blad jubelt; want ('t is gedateerd 20 Juli 1917) het zegt melding te mogen maken van een jubileum.Ga naar voetnoot3. Een artikel onder den titel ‘Jubileum-datum’ begint aldus: ‘Heden, 20 Juli, is het 25 jaar geleden, dat door de leden der Christ. Geref. kerk, die niet met de vereeniging konden medegaan, openlijk werd uitgesproken: wij zijn en blijven Christelijk Gereformeerd’.Ga naar voetnoot4. Later zegt het blad, dat ‘onze Chr. Geref. Kerk op 20 Juli haar vijf en twintig jarig voortbestaan gedenken mag’.Ga naar voetnoot5. Onder het lezen kon ik de vraag niet onderdrukken: is hier nu een jubileum, ja of neen? Ik voor mij zeg van harte ja; want ik geloof, dat de kerk, hier bedoeld, 25 jaar oud is; meer niet. Maar...wanneer ge, na de klinkende aankondiging van het jubileum in viervoudige sprake (er zijn 4 jubileums-artikelen in dit nummer),Ga naar voetnoot6. in alle vriendschap de had wilt toesteken en de 25-jarige kerk wilt geluk wenschen, | |
[pagina 73]
| |
dan...kunt ge er zeker van zijn, dat die hand niet geaccepteerd en de gelukwensch afgewezen wordt. Want men werpt u tegen, dat men eigenlijk al veel ouder is dan 25 jaar; en men verklaart dat men bleef wat men reeds voor 25 jaar was; dat men enkel zijn voortbestaan herdenkt. En ter illustratie wordt u door den jubilaris in de Wekker verhaald, dat Ds. Wisse,Ga naar voetnoot7. Chr. Geref. predikant, in het jaar 1892 op Zondagavond 17 Juli in de Wagenstraatkerk te 's-Gravenhage nog predikte over Zondag 16 van den Heidelb. Catechismus en de volgende week (24 Juli) in Diligentia over Zondag 17. ‘Immers’, - aldus De Wekker, - ‘'t was geen nieuwe gemeente, waarvoor Ds. Wisse optrad. 't Was de oude Chr. Geref. gemeente, die voor enkele weken in het genootschapGa naar voetnoota. der Geref. kerken was ingelijfd, waar, nu weder bevrijd, in het voetspoor van 1834 voortging’.Ga naar voetnoot8. Begrijpt ge, 't was eigenlijk volstrekt geen nieuwe kerk in 1892, volgens ‘De Wekker’, en toch is er een jubileum. Veel ouder dan 25 jaar; tòch 25-jarig jubileum! Hoor eens, waarde Wekker-redacteur, ik geloof graag aan uw jubileum. Maar als gij er niet in gelooft, waarom dan die artikelen in jubeltoon? Ge zoudt veel beter uw doel bereikt hebben, wanneer ge opgemerkt hadt, dat dat nieuw-bakken ‘genootschap’ (zoo zegt ge immers) van de Gereformeerde kerken in 1917 25-jarig jubileum gevierd moest hebben; en dat gij dat genootschap kwaamt gelukwenschen, nu het vergat zichzelf te feliciteeren. Want volgens uw beschouwing (niet volgens haar opschrift) is op den dag der ‘vereeniging’ een nieuw ‘genootschap’ geboren en zijt gij gebleven die ge waart. Goed; maar als 't dan zoo is, dan moest ge met effen gezicht dat vergeetachtige genootschap hebben geluk gewenscht en overigens gezegd hebben: ‘Wij, Christelijke Geref. kerk, wij gaan over tot de orde van den dag; over 17 jaar ons eeuwfeest’. Maar alzoo hebt ge niet gedaan! En - ik ben er werkelijk blij mee. Die vergissing, die inconsequentie belooft nog wat goeds. En laat ik u mogen zeggen - volgens mijn beschouwing hebt gij wel recht op 'n feest, want ge bestaat ook 25 jaar. Ge werdt wezenlijk wat nieuws! Men had in '34 trouwens heel andere bezwaren, dan gij in '92.
* * *
Maar nu nog enkele kleinigheden. Wanneer men jong is, en de hitte van den strijd ondergaat, och dan gaat men wel eens een streepje verder dan men eigenlijk wilde. Maar als er dan 25 jaar (zegge: vijf en twintig jaar) verloopen zijn, dan zwijgt men wel eens over wat men toen deed in al te blakenden ijver. | |
[pagina 74]
| |
Van dergelijke stilzwijgende zelfcorrectie zie ik bij u evenwel nog niet veel. Want gij, geachte Wekker-redacteur, herinnert er aan, dat ge voor 25 jaar hebt gezongen, - menigmaal, - ‘Dies hebt g', o God!, hun last verlicht,
Zelfs voor huns vijands aangezicht’.Ga naar voetnoot9.
Wanneer ik 't werkelijk goed begrijp, dat bij dat woord ‘vijand’ menige zinger en ook de prediker in de Chr. Geref. Bethlehemskerk van Den Haag ‘bepaald werd’ bij de schare in de ‘Wagenstraatkerk’ van het Geref. ‘genootschap’, - werkelijk, dan spijt het me, dat ge nà 25 jaar, die jeugd-dwaasheid nog eens met welgevallen ophaalt, en dáár mee nu wilt bewijzen, dat 't toen ‘aangename tijden’ waren, van ‘liefde en opgewektheid’.Ga naar voetnoot10. Vijand? Geloof mij, waarde redacteur, wij, Wagenstraters, zijn uw vijanden niet. Wij zeggen alleen dat ge 25 jaar oud zijt, en dat ge een jubileum hebt... En - o ja - nog iets. ‘Uw tweede kwarteeuw’ (goed gezegd!) ingaande, waarschuwt gij Uw lezers voor afwijking. Goed zoo. Ge herinnert aan kleine vossen. Flink. Maar dán zegt ge: ‘Waar het neo-calvinisme en de gezangen-liefde heenvoert, zien wij in het geval-Netelenbos in de Geref. kerken.’Ga naar voetnoot11. Zie, dàt hadt ge niet moeten zeggen, vooral niet nu. Want in de eerste plaats weet ge heel goed, dat de gereformeerde bladen het doen van Ds. N. veroordeeld hebben. Ook weet ge, dat de gereformeerden juist zich afvragen, of Ds. Netelenbos wel ‘neo calvinist’ is. En eindelijk is U bekend, dat de kwestie nog kerkelijk behandeld wordt. Als nu in een gezin een der kinderen ‘stout’ is, dan moet buurman niet direct gaan zeggen: nu kunt ge eens zien, waartoe de huiselijke geest in dat gezin leidt, vooral niet, als de huisvader openlijk aanstalten maakt, om den delinquent een kastijding toe te dienen... Ik heb dus, alles saamgevat, niet anders te doen dan te constateeren, dat ‘de Wekker’ wèl een jubileum van de Chr. Geref. Kerk noemt, maar niet van de Geref. Kerken, zoodat we blijkbaar ouder zijn dan 25 jaar en '92 de lijn niet afbrak; vast te leggen, dat we heusch geen vijanden zijn, en dat we zoo heel graag terugkeer en hereeniging zouden zien, overeenkomstig de acte van afscheiding, die in '92 gehoorzaamd is en nog steeds door de Chr. Geref. kerk niet opgevolgd wordt (daarin toch is sprake van ‘gemeenschap te willen oefenen met alle ware Gereformeerde ledematen en zich te willen vereenigen met elke op Gods onfeilbaar Woord gegronde vergadering’); den wensch uit te spreken, dat men niet vissche in het troebele water van het geval-Netelenbos, al vorens het water gereinigd is en de ‘schouw’ beginnen kan; en den mij onbekenden Wekker-lezer zeer hartelijk dank te zeggen voor de toezending van het blad. Overigens: leve de vrede, want ‘zalig zijn de vredestichters’.Ga naar voetnoot12. |
|