Geuzenliedboek 1940-1945(1975)–H.M. Mos, M.G. Schenk– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Bij de Nederlandsche politieke gevangenen in de SS. Barakkengevangenis te Scheveningen. Hier krijgt de Duivel volop vleesch en bloed! Hij triompheert in 't Kwaad en spuugt op 't Goed. De borst hoog opgezet, vermeit hij zich in snauwen, Tergt waar hij tergen kan, en klampt zijn kille klauwen Op 't zwakke en 't hulpelooze, 't liefste, trapt en slaat, - En likkebaardt, bij 't jammeren, van lust en haat. Zoo zijn zijn wreedheid en zijn willekeur ten eenenmale vreemd Aan al wat naar rechtvaardigheid en mededoogen zweemt. Maar tegelijkertijd heeft God's verheven macht Heel dit satanisch spel tot ijdel niets gebracht! Het stort zich op een schaar van wakk're landgenooten, In álles ongelijk, maar állen onverdroten. Op aller voorhoofd glanst een stille schijn: Je maakt mij toch niet bang! Je krijgt ons toch niet klein! In aller oogen loenscht gelaten 't leedvermaak: Wàt ook vermorzeld wordt, - vermorzeld niet Gods zaak. [pagina 111] [p. 111] Al heeft de Booze dus, met al zijn kwade geesten, Van een millioenenvolk gemaakt een bende beesten, - En hulp daartoe gekregen ook van ònze kleinheid, - Zoo maken we hem nu klein, met mannenmoed en reinheid! Daar moet veel strijd gevoerd. Daar moet veel leed geleden. Daar moet veel werk gedaan en veel gebed gebeden. Maar 't Hemelsche gerecht treft éénmaal 't recht besluit: De Vijand in 't gevang, en 't vrije Volk eruit. Vorige Volgende