Aesopus De schapen en de honden
Eens beklaagden de schapen zich bij de herder over het verschil in behandeling voor hen en voor zijn hond. ‘Het is een vreemde manier,’ zeiden zij, ‘en wij vinden het heus onbillijk. Wij verschaffen je wol en lammeren en melk en jij geeft ons niets dan gras, dat we bovendien zelf moeten zoeken. Maar van je hond krijg je niets en toch geef je hem allerlei van je eigen eten.’
De hond hoorde die opmerkingen en diende dadelijk van antwoord: ‘Ja, en zo hoort het ook. Wat zou er van jullie komen als ik er niet was? De dieven zouden jullie stelen, de wolven zouden jullie opeten. Ja, als ik niet gedurig de wacht hield zouden jullie te bang zijn om te grazen.’
De schapen moesten toegeven dat hij gelijk had en zij maakten de herder nooit meer een verwijt.