Ouders over te brengen, om deze des te meer te kunnen geven, bepalen zij zich bij het volstrekt noodzakelijke. Zij slapen op stroo, eten soep en droog brood, en gebruiken niets meer dan waarbij zij het leven kunnen behouden. Deze arme kinderen zijn zeer zwart en morsig, maar zij zijn daarom niet minder achtingswaardig, en verdienen dat men hen met zachtheid bejegene, daar bij de meesten alles uit liefde, om hunne Ouders meerder te kunnen aanbrengen, voortspruit.
Lieve kinderen! dit strekke u wederom tot eene les. Hoe vele Ouders leven er niet in eenen beklagelijken staat, welke door behulp van hunne kinderen konden verbeterd worden!