De kleine mimiek, of De vrolijk zingende knaap
(ca. 1830-1840)–Gijsbertus van Sandwijk– Auteursrechtvrij
[pagina 16]
| |
Wijze: Wat vraag ik toch naar geld of goed.Ik smeer de schoenen net en glad
En dit verschaft mij brood;
Vernoegdheid is de grootste schat,
Die ooit een mensch genoot!
Ik haak naar aardsche grootheid niet:
Geld is de bron van veel verdriet.
O, voor een kleintje, dat men biedt,
Bedien ik ieder Heer.
Vergeet mij, armen jongen, niet;
Dat ik uw schoenen smeer':
Dan draag ik vergenoegd mijn lot,
En loof mijn' Schepper en mijn' God.
| |
[pagina 17]
| |
|