Keesje
(2009)–Marijke Sajat– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 5]
| |
[pagina 6]
| |
Tom ziet een doos met gaatjes. Het schudt. Dat maakt Tom een beetje bang ‘Wat is erin, ma?’ Ma pakt hem vast. ‘Kom kijken.’ De doos gaat even open. Er komen twee handjes aan de rand De doos beweegt. Het valt om. Floep! lets rent weg. Tom ook... | |
[pagina 7]
| |
[pagina 8]
| |
Tom komt terug. Hij zoekt. Daar ligt iets. Ma pakt het op. Het lijkt wel een bol grijs haar. Maar het heeft een hooft. Tom ziet een grappig gezichtje. Kleine bruine oogjes kijken naar Tom. ‘Een aapje?... Voor mij?’ ‘Ja hoor, hij heet Keesje.’ Ma geeft het aan Tom. ‘Hier Keesje.’ Tom lacht. | |
[pagina 9]
| |
[pagina 10]
| |
Keesje wil spelen. Met Tom en de bal. Ze spelen heel lang.
Tom moet nu naar bed. Keesje ook. Maar hij heeft geen bed. Hij heeft een hok. Een hok op een stok | |
[pagina 11]
| |
[pagina 12]
| |
Tom hoort zijn hond. Bas roept Tom. Hij blaft en hij blaft. Tom rent naar buiten. Bas wil spelen. Keesje ook. Hij is niet bang voor Bas. Bas is lief. Hij bijt niet. | |
[pagina 13]
| |
Keesje wil hondje-rijden. Daar gaan ze... hop-hop hondje ...! Tom rent vrolijk mee. Wat een pret. | |
[pagina 14]
| |
‘Ho.....stop!’ Tom is moe. Hij gaat binnen. Naar zijn mama.
‘Kees ...Keesje ...’ Hij komt niet. ‘Keeeeeeeeeeeesje!’ Tom gaat hem zoeken. | |
[pagina 15]
| |
‘Oh ... Oh... dat mag niet. Weg Keesje!’ roept Tom. ‘Mama, Keesje steelt....!’ Keesje zit op de eet-tafel met zijn vingers in de boter. | |
[pagina 16]
| |
Keesje is stout. Hij moet aan de ketting. Keesje is boos. Hij wil niet. Hij vindt dat niet leuk. Kees rent weg.
‘Laat hem maar,’ zegt ma. ‘Hij komt straks wel weer terug.’ ‘Maar hij moet toch eten, mam?’ Tom zucht. | |
[pagina 17]
| |
Keesje piept bij het raam. Tom ziet hem niet. ‘Pie-tie-ko! Pie-tie-ko...!’ roept Kees. Tom kijkt op. Wat is hij blij om Keesje weer te zien! ‘Hier Keesje. Kom maar lief Keesje.’ Keesje maakt een sprong...FLOEPS... Met een grote zwaai komt hij door het open raam naar binnen. Hij komt bij Tom op schoot. Tom lacht. Hij roept zijn ma. | |
[pagina 18]
| |
Keesje kijkt zielig. Hij drukt zijn handjes op de buik. Keesje heeft honger! Hij trekt een gek bekje en maakt een hoog geluicj. | |
[pagina 19]
| |
Ma geeft hem een banaan. Zijn oogjes staan nu blij. Zijn tong hangt uit zijn mond. Jammie-jammie... hmmm-hmmm Een banaan... ja... dat is lekker en gezond! |
|