Ten geleide
Wie, bij het ter hand nemen van deze aflevering, zich zou verwonderen over de uitgebreidheid ervan, bedenke evenwel dat hier een VOLLEDIG beeld geboden wordt van de eerste 50 jaargangen van LEUVENSE BIJDRAGEN en van de eerste 38 van het BIJBLAD.
Elke bijdrage, welke ook de omvang zij, wordt vermeld en, waar het ons wenselijk leek terwille van de duidelijkheid, bondig toegelicht. Alle boekbesprekingen, ook die uit de ‘Kroniek’ van het ‘Bijblad’, evenals alle berichten worden medegedeeld.
Om de overzichtelijkheid te bevorderen is de ‘Kroniek’ tematologisch onderverdeeld, zoals blijkt uit de Inhoudsopgave van het boek. Tevens hebben we de titel van de huldealbums aangevuld, evenals die van de tijdschriften in de rubriek: ‘Inhoudsopgave van Tijdschriften: Kr. 1129-1484’. Met het oog op eenvormigheid zijn ook daar de tijdschriften ondergebracht, die vóór de oprichting van het ‘Bijblad’ (1921) in de ‘Leuvensche Bijdragen’ besproken werden. De plaats van verschijnen van elk tijdschrift hebben we opgezocht en tussen vierkante haakjes aangegeven.
De talrijke over de ‘Kroniek’ verspreide berichten van overlijden zijn niet alleen samengebracht en alfabetisch geordend, doch tevens aangevuld met de data van geboorte en afsterven.
Ten slotte hebben we in een overzichtelijke tabel de Nederlandse teksten, die in de ‘Leuvense Bijdragen’ voor het eerst gepubliceerd werden, alfabetisch op naam van de uitgever gerangschikt. Tegenover de vroegere berustplaats wordt niet alleen de huidige vermeld, maar ook de signatuur, waaronder het handschrift of de oude druk thans geregistreerd is.
Ten einde de bruikbaarheid van deze bibliografie tot een maximum op te voeren is elke bijdrage en elke boekbespreking voorzien van een nummer. Daar de nummering echter te hoog zou opgelopen zijn, hebben we volgend systeem toegepast: nummering van A 1 tot en met A 99, gevolgd door B 1 tot en met B 99, C 1 tot en met C 99, en zo verder tot en met W 71. De ‘Kroniek’ uit het ‘Bijblad’ is doorlopend genummerd met behulp van de letters Kr.
Dank zij deze metode wordt in de registers rechtstreeks naar de bijdrage verwezen, zodat de gebruiker onmiddellijk kennis kan nemen van de auteur der bijdrage én van haar omvang. Hetzelfde procédé geldt voor de boekbesprekingen en de berichten.
Op het bibliografisch gedeelte volgen drie registers:
I. Het register op de medewerkers aan de ‘Leuvense Bijdragen’ en aan het ‘Bijblad’;