Stichtelijk sang-prieel, belommerd met het Hooge lied Salomons, ende andere heilige gesangen
(1686)–Wiete Ringers– Auteursrechtvrij
[pagina 227]
| |
[pagina 228]
| |
werk het is, het Leeraar-amptbeklee--den: Ik spreek gerechtigheid; dat wijst
mijn lee---ren aan.
Ga naar margenoot+ Ik ik Gesalvde ben 't. Beschouwt mi seeg-rijk treeden,
En heerlijk, in triumph, als overwinnaar, gaan:
Ik ben 't, wiens werk het is, het Leeraar-ampt bekleeden:
Ik spreek gerechtigheid, dat wijst mijn leeren aan.
Ga naar margenoot+ Ik ben 't, die machtig ben uitGa naar margenoot* Dumâs duist're steden
Mijn volk te redden; en van d' eeuw'ge ramp t' ontslaan:
Ik ben verlosser, ik, vol kracht, vol dapperheden.
Geen ander, man kan sulk verlos-werk ooit bestaan.
|
|