Over-Ysselsche sangen en dichten(1930-1935)–Jacobus Revius– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende T'selve. Die de eenvoudicheyt van Godes woort verachten Als ofte het daerom waer sonder alle crachten Versaken, met een onverdragelijcken trots, (Al dencken zy het niet) de eygenschappen Gods, 5[regelnummer] In wien dees dingen zijn gelijckelijck waerachtich Dat hy eenvoudich is en evenwel almachtich. Vorige Volgende