Opdraght Aen Me-Vrouwe, Me-Vrouwe Anna van Hooren,
Gemalin van de E.E. Heer Cornelis van Vlooswyck, Heere van Vlooswijck, Diemerbroeck, en Papen-kop, Bvrgermeester, &c.
Me-vrouwe,
DE genegentheyt tot mijne sex, derdt my zoo veel spoors openen, dat ick zonder eerbiedigh verloff al voorens te verzoecken, U Et. deze ruwe en onghesleepe Vaarzen, derf koomen op-off'ren; hoewel verzekert zijnde, dat het alderbeste van dien, 't alder-geringste op-slagh van U Et. keurigh en door-dringent oogh, niet en dient verwaardight; eghter my keerende tot U Et. gewoone bescheydenheyt, zoo kom ick mijne, om ne-velde Vaarzen, blaack'ren in de straalen van U Et. helle en doorlughte Zon: ten ende die (gelijk d'albeschijnende Zon, het Zee-waater om hoogh treckt, ende vervarst, en alle dampen van 't Aart-rijck verschuyft.) ook mede van mijn Dight magh verschuyven, alle 't geen het zelve zoude mogen t' onder houde, of onoogzienlijk maaken. Aanvaart dogh, door-letterde Vrou dees Gedempte Hoogmoet, van Loope de vega Carpio: na de stijl van ons Neederduyts-Toneel en Taal hervormt: zoo zal ik voortaan betoonen, wat werck ick maacken zal, om de naam te mooge bekleede
Van ME-VROUWE
V E. Ootmoedige Dienaresse
CATHARINA QUESTIERS.