Het middelbaar onderwijs en andere gedichten(1929)–Mien Proost– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 16] [p. 16] De leeraarskamer Hun praten grommelt de gang op als een ver onweer. Onopengesneden ligt op hun tafel ‘Redelijkheid onzer Geloofsleer’. Zij staan voor het raam, en steken de duimen in hun fraai vest. Of er wel een van de veertien mij onderscheidt van de rest? Neen. Zij bemomp'len de radio, - reinigen inmiddels hun mond - vrouwen, periodieke verhooging, de directeur, en hun vakverbond. Vorige Volgende