Evangelische leeuwerck
(1682)–Christianus de Placker– AuteursrechtvrijWijse: Galiard Anglois. Courante Mansfelt.O Adams kinders, hier in 't aertsche dal
In Christi ware Kerck U saligheyt soud winnen.
Gelijck als in een Wijngaert dat gy al
Door middel van goet werck, Godt en u Naesten minnen.
Wat wandelt ghy, hier vroegh en laet,
Soo ledigh 's werelts vuyle straet,
| |
[pagina 43]
| |
Daer alle oogenblick weg-gaet
Den tijdt van Godts genaed'.
Wat
Godt riep de derde/ seste, negenst' uur:
Ja nu de elfst', en leste staet voor deur.
Hy klopt, en roept seer soet:
Wilt in mijn Wijngaert treden:
Mijn hulp, en graci moet
U stercken ziel en leden.
Want ick sal, naer gerechtigheyt,
U altijdt doen barmhertigheyt:
Mijn segen schencken hier voor loon,
En namaels 's hemels Kroon.
Want
Hadd' Godt gestelt dat ghy, om 't eeuwigh goet
Soudt wercken dagh en nacht in sweet en bloedt:
Ghy most u leven lanck
Hem daer voor danckbaer wesen:
En neerstigh desen dwanck
Voldoen met hoop en vresen.
Maer, want sijn jock soo zoet nu is,
Sijn last soo licht, 't is recht gewis;
Dat ghy een uurken arrebeyt,
Om d' eeuwige saligheyt.
Maer
|
|