Scherpe bittere Middelen.
De Virginische Slangewortel; Contrajerve; Gentiaan; Alantz; Stinkende Gou; Cardebenediktus; Duizentguldekruit; Paardeblom; Dragon; Thijm; Marentakken; Alzem; Kamillen; Agrimonie; Byëvoet; Betonie; Kalament; Gemanderlijn; Duizentblat; Pyretrum; Melote; Zalomons Zeegel; Sleutelkruit; wilde Zaali; Zeepkruit; Reinevaar; Hoefblaaden; Verbena; Eerenprijs; Krieken van over Zee; Laurier-beezïen; gekronkelt Venkelzaat; Leelietjes van den daale; Graveelhout; China Chine; Myrrhe.
Deeze zijn vol van vlugtige deelen, welke een frisscher beweeging aan de zeenuzappen geeven. Se verdunnen 't bloet, en zetten de beweeging voort, waar door d'overtollige vogten uitgedreven worden, die door d'uitwaazeming uit te dampen zijn, of door de klieren van de huit afgeklijnst kunnen worden.
Door haar scherpheit zijn se bequaam de maag van den slijm of dikke taaje snottige vogt te zuiveren, en, maakende een grooter ontlasting der slijmige vogt door de klieren, herstellen se den trek tot eeten, en verteeringe der spijze.