|
| |
| |
[pagina 922-923]
[p. 922-923] | |
bijlage 3
Inhoud van De Quintencirkel en De Stemvork
De Quintencirkel
| pag: |
titel/datering: |
oorspronkelijk verschenen in: |
opmerkingen: |
| 5 |
De antimuzikaliteit van den Hollander (1926) |
Erts, letterkundige almanak voor het jaar 1927 |
Onder de titel ‘Das musikfremde Holland’ verschenen in Der Querschnitt, jrg. 7, nr. 6 (juni 1927) (Holland-Heft), 438-441. |
| 11 |
Alphons Diepenbrock 1862-1921 (1926) |
De Gids, jrg. 95, deel III, 93-108 |
|
| 33 |
Pause del silenzio (1928) |
De Muziek, jrg. II, 251-255 en 293-297 |
|
| 46 |
Mechanische muziek en virtuozendom (1927) |
i10, jrg. 1927, 32-34 (‘Mechanische muziek’) en Erts, letterkundige almanak 1929, 161-163 (‘Virtuozen’) |
In HPG ook de tekst zoals die in De Quintencirkel is opgenomen (Appendix Q & S). |
| 55 |
Ludwig van Beethoven 1770-1827 (1927) |
Haagsch Maandblad, deel 7, nr. 3, maart 1927 |
|
| 79 |
Het neoclassicisme (1926) |
De Gemeenschap, jrg. 2, nr. 4, 117-120 |
Oorspronkelijke titel: ‘Lou Lichtveld: Les vacances du Pantin’. De drie laatste alinea's zijn in De Quintencirkel weggelaten en in HPG tussen accolades geplaatst. |
| 84 |
Muziekleven en concertpraktijk (1927) |
De Muziek, jrg. II, 49-59 |
In De Quintencirkel zijn een voetnoot en de slotzin weggelaten. In HPG tussen accolades geplaatst. |
| 100 |
Tristan in 1926 (1926) |
De Muziek, jrg. I, 163-166 |
|
| 106 |
Beethoven en de jazz (1927) |
i10, jrg. 1927, 276 e.v. |
Een alinea uit i10 (over Van Wessem) is weggelaten; in HPG tussen accolades geplaatst. |
| 112 |
Igor Stravinsky (1926) |
Rotterdamsch Nieuwsblad, 2 en 3 maart 1926 en De Vrije Bladen, jrg. 2 (1925), 13-15 |
Het eerste deel (‘l'Histoire du soldat’) is gebaseerd op de tekst uit het RN van 2 maart 1926, het tweede deel (‘Kentering’) op het tweede deel van het essay ‘Igor Stravinsky’ (DVB 1925) en het derde deel (‘Le sacre du printemps’) op het tweede deel van de tekst in het RN van 3 maart 1926.
In HPG ook de tekst zoals die in De Quintencirkel is opgenomen (direct na de oorspronkelijke teksten). |
| |
[pagina 924-925]
[p. 924-925] | |
De Quintencirkel (vervolg)
| pag: |
titel/datering: |
oorspronkelijk verschenen in: |
opmerkingen: |
| 119 |
Darius Milhaud (1924) |
Groot Nederland, jrg. 22, nr. 3 (maart 1924), 291-305 |
In De Quintencirkel is een van de acht paragrafen uit GN weggelaten. Een paar belangrijke inhoudelijke wijzigingen t.a.v. GN.
In HPG ook de tekst zoals die in De Quintencirkel is opgenomen (Appendix Q & S). |
| 136 |
Arthur Honegger Pacific 231 (1926) |
Rotterdamsch Nieuwsblad, 15 juni en 26 oktober 1926 |
Het artikel in De Quintencirkel is gebaseerd op de tekst van het RN van 15 juni 1926, met een alinea uit het RN van 26 oktober 1926.
In HPG ook de tekst zoals die in De Quintencirkel is opgenomen (Appendix Q & S). |
| 141 |
Béla Bartók en het neo-Beethovenisme (1925) |
Groot Nederland, jrg. 23, nr. 5 (mei), 531-538 |
Een aantal zinnen, alinea's en voetnoten zijn in De Quintencirkel weggelaten.
In HPG tussen accolades geplaatst. |
| 152 |
‘Moderne muziek’ (1927) |
De Muziek, jrg. I, 223-226 |
|
| |
De Stemvork
| pag: |
titel/datering: |
oorspronkelijk verschenen in: |
opmerkingen: |
| 5 |
Het papieren gevaar (1929) |
Erts, letterkundig jaarboek 1930 |
Oorspronkelijke titel: ‘Muziek en journalistiek’ |
| 11 |
Tonaliteitsproblemen (1926) |
De Muziek, jrg. I, 1-5 en 67-70 |
|
| 24 |
Een proeve van insulaire muziekesthetiek (1929) |
De Muziek, jrg. III, 261-266 |
Oorspronkelijke titel: ‘Tweeërlei musicologie’. |
| 30 |
Drie muziekdramatische minima (1928) |
De Muziek, jrg. II, 223-228 en 422-424 |
De bespreking van Antigone en Le pauvre matelot werd, gecombineerd met de recensie van Stravinsky's Oedipus rex onder de titel ‘Drie muziekdramatische minima’ opgenomen in De Stemvork. |
| 42 |
Het muzikaal absolutisme (1928) |
De Muziek, jrg. III, 93-98 |
|
| 50 |
Bespiegelingen (1928) |
De Muziek, jrg. II, 356-360 |
Oorspronkelijke titel: ‘Pro en contra’. |
| 57 |
De Vliegende Hollander op de Kager Plassen (1930) |
De Muziek, jrg. IV, 440-444 |
De tekst in De Stemvork is een compilatie van twee teksten, waarvan er één nog zoek is.
In HPG ook de tekst zoals die in De Stemvork is opgenomen (direct na de oorspronkelijke teksten). |
| |
[pagina 926-927]
[p. 926-927] | |
De Stemvork (vervolg)
| pag: |
titel/datering: |
oorspronkelijk verschenen in: |
opmerkingen: |
| 69 |
Ottorino Respighi (1926) |
Rotterdamsch Nieuwsblad, 6 en 16 maart 1926 |
Het artikel in De Stemvork is een compilatie van beide recensies, waarbij lange passages zijn weggelaten die in HPG tussen accolades zijn geplaatst. |
| 76 |
Muziek en nationaliteit (1929) |
De Muziek, jrg. III, 191-200 |
|
| 89 |
Vier jaren hedendaagse muziek |
- |
Inleidende tekst, speciaal voor De Stemvork geschreven (zie Appendix Q & S). |
| 90 |
I Zürich, juni 1926 |
Rotterdamsch Nieuwsblad 28 april (‘El retablo de maeso Pedro’), RN 22 en 29 juni; Algemeen Handelsblad, 22, 23, 25, 26 en 28 juni en De Muziek, jrg. III, 174-175 (‘Hindemith’) |
In HPG ook de tekst zoals die in De Stemvork is opgenomen (direct na de oorspronkelijke teksten). |
| 115 |
II Frankfurt am Main, juni 1927 |
Rotterdamsch Nieuwsblad, 5, 6 en 11 juli 1927, Algemeen Handelsblad, 3, 5, 6 en 7 juli 1927 en De Groene Amsterdammer, 7 juli 1927 |
In HPG ook de tekst zoals die in De Stemvork is opgenomen (direct na de oorspronkelijke teksten). |
| 128 |
III Sienna, september 1928 |
De Muziek, jrg. III, 25-30 |
|
| 138 |
IV Genève, april 1929 |
De Muziek, jrg. III, 367-372 |
|
| 148 |
Sergej Prokofjev (1925) |
Rotterdamsch Nieuwsblad, 16 en 22 december 1925 |
Het artikel in De Stemvork is gebaseerd op de tekst van het RN van 16 december 1925, met weglating van de eerste twee alinea's. De laatste alinea van 22 december 1925 werd de slotalinea in De Stemvork. |
| 152 |
Het Beethoven-jaar (1927) |
Kringschouw, orgaan van de Amsterdamse Kunstkring ‘Voor Allen’, april 1927 |
|
|
|
Auteursrechtelijk beschermd