Dat stomme economenvolk met zijn heilige koeien
(1976)–J. Pen– Auteursrechtelijk beschermd14. De lasten van het wegverkeerGa naar voetnoot*‘Protest! Geen zwaardere lasten op het wegverkeer!’ Dat is de tekst van het oranje papiertje dat op veel auto's geplakt was. Door de automobilisten en de benzinetappers. Het is dus een protest van belanghebbenden - en dat mag dus wel eens kritisch worden bekeken. En zulks ook omdat de ANWB, overigens een voortreffelijke instelling, achter de actie is gaan staan. Er kwam een functionaris van de ANWB op de beeldbuis protesteren, namens de leden - zou hij ze dat eerst gevraagd hebben? Ik ben lid van de ANWB, maar ik vind de voorgenomen belastingverhoging op benzine helemaal niet zo verkeerd. Integendeel, ik heb het gevoel dat autorijden nog veel te goedkoop is - voor de automobilisten. En dat het automobilisme te duur | |
[pagina 74]
| |
is voor de maatschappij als geheel. Het protest zou, naar mijn mening, eerder moeten luiden: Geen zwaardere lasten op de maatschappij door een uit de kracht gegroeide autocultuur! Auto's brengen veel kosten met zich mee. Deze worden slechts voor een deel gedragen door hun eigenaren. Voor een deel worden ze gevoeld door anderen. Voorbeelden: stinkende uitlaatgassen, bedorven grachten, ontwrichte steden, verkeersongevallen. Ook de luchtvervuiling door de olieraffinaderijen is een voorbeeld, want dat Pernis zo onsmakelijk staat te geuren gebeurt vooral ter wille van het autoverkeer. Deze kosten bestaan wel, maar ze worden gedragen door jan en alleman. In die zin is de auto te goedkoop. Daar komt nog iets bij. Een auto neemt ruimte in beslag - al gauw een vierkante meter of tien. Die rechthoek ligt niet stil, maar verplaatst zich bij voorkeur naar de plekken waar de ruimte het meest schaars is. Overdag in de binnenstad, 's nachts in de buitenwijken. Het is dus dure grond die geblokkeerd wordt. Dat betekent weer: kosten, die slechts bij hoge uitzondering (parkeergeld) door de automobilist worden gedragen. Daar staat natuurlijk tegenover, dat het wegverkeer ruim twee miljard gulden aan belasting betaalt. Iets minder dan een miljard wordt besteed aan wegen. De belangengroep der automobilisten wordt dan ook niet moe er op te wijzen dat de overheid meer dan een miljoen van hun goeie geld aan andere dingen uitgeeft dan aan verkeersvoorzieningen. Daarbij wordt vergeten, dat dat miljard voor een deel nodig is om verkeersagenten, parkeerborden, verkeersdeskundigen, ambulances en ziekenhuizen te betalen. Maar dat is het ergste niet. Veel erger is, dat een groot deel van de reële kosten helemaal niet aan de maatschappij wordt vergoed, maar onbetaald en onvergolden worden afgewenteld op degeen die het per ongeluk treft. Wie het bovenstaande inziet zal gauw op fantastische bedragen uitkomen. Hoe moeten wij bijvoorbeeld het feit waarderen, dat jaarlijks talloze voetgangers, die 's ochtends nog welgemoed de deur uitstapten, 's avonds in een ziekenhuis liggen omdat zij door een auto zijn geschept? De verzekering vergoedt de geldkosten, en die worden betaald uit bijdragen van automobilisten - maar wie vergoedt de ellende en de narigheid? Natuurlijk hoeven we niet de individuele man aan het stuur, die het ongeluk veroorzaakte, aansprakelijk te stellen (schuld of geen schuld, dat is de kwestie niet); maar de autocultuur als geheel is toch wel degelijk verantwoordelijk voor verminking en doodslag op grote schaal. Dat kan moeilijk anders - maar het zijn kosten, die onder de huidige toestand onvergolden blijven. Nu geef ik dadelijk toe dat auto's ook grote voordelen met zich brengen: anders waren ze er niet. Het saldo is stellig positief. Maar de voordelen komen voor het grootste deel ten goede aan de autorijders. Weliswaar ook voor een deel aan anderen. Dank zij het wegverkeer | |
[pagina 75]
| |
worden goederen en diensten sneller en efficiënter bij de mensen gebracht. Maar daarvoor betalen die mensen dan ook. Het beroepsvervoer laat zich voor zijn diensten honoreren - transportkosten zijn vooral een deel van de kostprijs - en daar is niets tegen. Er is echter wél iets tegen, dat het automobilisme lasten op de maatschappij afwentelt waar niet voor wordt betaald. Zo krijgen we een te gunstig beeld van het nut van de auto's. De concurrentiepositie van het wegverkeer ten opzichte van veiliger en minder geurige bedrijfstakken wordt geflatteerd. Wie fietst, draagt bijna geheel zijn eigen lasten. Het tekort van de spoorwegen is zichtbaar. Het tekort bij de auto's is onzichtbaar. Door de vertrokken concurrentieverhoudingen wordt het autopark te veel uitgebreid. De produktieverhoudingen worden scheefgetrokken. Dat wreekt zich in sectoren waar men het verband met de auto's niet eens vermoedt: woningbouw, medische voorzieningen, scholen. Uit de groeicijfers blijkt dat de auto top-prioriteit heeft in onze samenleving. Voor wie gevoelig is voor de inkomensverdeling komt daar nog een ander argument bij. Het zijn vaak de armere mensen, die de meeste last ondervinden van de auto's van anderen. De toch al te ongelijke inkomensverdeling wordt daardoor nog ongelijker. Dus niet alleen de produktieverhoudingen, maar ook de inkomensverhoudingen worden schever. Wie het bovenstaande inziet zal niet makkelijk een grote mond opzetten tegen de verhoging van de benzinebelasting. Hij zal misschien eerst nog eens willen nadenken. Als hij daarmee toch bezig is zou hij meteen even kunnen prakkizeren over de vraag waar de overheid (die in de toekomst nog veel en veel meer geld nodig zal hebben) dan wel extra belastingen op zou moeten heffen. Op de anderen, natuurlijk, dat is duidelijk. Maar hoe dan? De BTW verhogen? Of de inkomstenbelasting? De meeste autobezitters zullen een verhoging van de inkomstenbelasting evenmin met gejuich ontvangen. Toch is dit argument, hoezeer de ANWB, de KNAC en de andere protestanten het hadden behoren te overwegen, niet doorslaggevend. Van veel meer betekenis is, dat de auto, blijkens de groei van het wapenpark, een hoge prioriteit in onze maatschappij blijkt te genieten. Die prioriteit is mede het gevolg van onvergolden kosten. Een wat lagere prioriteit is ongetwijfeld in het belang van een gezonde en evenwichtige samenleving. Het wordt tijd voor een antiprotestactie. P.S. En waarom worden geen nabranders bij de wet voorgeschreven? Mag ik de Tweede Kamerleden van de linkse partijen herinneren aan het recht van initiatief? |
|