Redevoeringen, verhandelingen en losse geschriften

Inhoudsopgave

[Eerste deel] Aan mijnen vriend J. Lublink den Jongen.

Redevoering over Redevoering voornamelijk als dichter beschouwd.

Redevoering over den waren aard der welsprekendheid.

Verhandeling over eenige dichterlijke natuurbeschrijvingen uit het boek Job.

Redevoering over Mahomet, den stichter van den Islamitischen godsdienst, en van het Saraceensche rijk.

Tweede redevoering over Mahomet, den stichter van den Islamitischen godsdienst, en van het Saraceensche rijk.

Redevoering over de algemeene welwillendheid.

Redevoering over de eigenliefde, uitgesproken in dezelfde vergadering als de vorige.

Redevoering op het kersfeest, met zang en muziek gevierd in de Hooglandsche kerk te Leyden, in den jare 1796.

Aanspraak ter gelegenheid eener godsdienstige zangoefening, gehouden te Leyden, ten behoeve der ongelukkigen door den watersnood des winters van het jaar 1809.

Lofrede op den hoogedelen gestrengen heer Mr. Johan Adriaan van de Perre, Heer van Nieuwerve en Welsinge, Oud-Representant van Z.D.H. den Prins Erfstadhouder als eersten Edelen van Zeeland enz. enz. enz.

[Tweede deel] Voorberigt.

Verhandeling over de welsprekendheid van Cicero.

Verhandeling over de Arabische poëzij.

Verhandeling over den aanleg en de voortreffelijkheid van het boek Job.

Redevoering over het oordeel der nakomelingschap.

Losse geschriften. Vaderlandsche uitboezeming.

Nederlands blijde vooruitzigten, godsdienstig gevierd in eene leerrede over II. Koningen XIX. vs. 30.

De vrede van Europa.

Christelijke opwekking tot heldenmoed, In eene leerrede over Lucas IX vs. 24a.

[Derde deel] Voorberigt.

Verhandeling over den Koran.

Redevoering ter nagedachtenis van E.A. Borger.

Redevoering over het versmaden of veronachtzamen van de regelen der kunst.

Redevoering over het middel matige.

Verhandeling over het gezond verstand.

Mijne herinneringen aan J. Bellamij.

Redevoering op het vierde eeuwfeest van de uitvinding der boekdrukkunst binnen Haarlem, aldaar uitgesproken op den 10 Julij des jaars 1823.

Leerrede ter bevestiging van Johannes Ewaldus Kist, als leeraar in de hervormde gemeente, te Zeijst.

[Vierde deel] Tweede verhandeling over den aanleg en de voortreffelijkheid van het boek Job.

Redevoering over den invloed van het uitwendige, en deszelfs vermogen, om den gunstigen indruk van het meer wezenlijke te bevorderen.

Verhandeling over eenige kenmerken en vereischten der eenvoudigheid van stijl, opgehelderd door de Hecuba van Euripides.

Redevoering over de zelfkennis, toegepast op de beoefening der letterkunde.

Lijkrede op Mr. J.M. Kemper.

Aanteekeningen.

Feestrede bij de viering der twee honderd vijftigste verjaring van Leydens ontzet.

Godsdienstige voorbereiding der viering van het akademisch jubelfeest. in eene leerrede over II Chroniken VI vs. 20a.

Redevoering ter feestvierende herinnering van den akademischen leeftijd.

[Vijfde deel] Voorbericht.

Letterkundig onderzoek aangaande de reuzen der oude wereld.

Aanspraak, als voorzitter der kiezers, aan de volksvertegenwoordigers der stad Middelburg. Gehouden in Februarij 1795.

Aanspraak en dankzegging, gehouden in de Oostkerk te Middelburg, op het feest der alliantie tusschen de Fransche en Nederlandsche republieken, op last van de Municipaliteit derzelve Stad. (1795.)

Redevoering over de volksgunst.

Abdolmotalleb, of de kerk in gevaar. Eene oostersche geschiedenis.

Redevoering, als agent der nationale opvoeding, in naam en van wege het Uitvoerend Bewind der Bataafsche Republiek, uitgesproken in den Haag bij gelegenheid van het nationaal feest, op den 19 December 1799. het vijfde jaar der Bataafsche vrijheid.

Aanspraak van den agent der nationale opvoeding ter opening der bijeenkomst van schoolopzieners, te zijnen huize gehouden op den 16 Julij en volgende dagen des jaars 1801. Het zevende jaar der Bataafsche vrijheid.

Aanspraak van den voorzitter, ter opening der vergadering van afgevaardigden uit de departementale schoolbesturen der Bataafsche Republiek, gehouden in den Haag den 22 September en volgende dagen des jaars 1803.

Korte schets, bevattende eenige levensbijzonderheden, betrekkelijk wijlen den medicinae doctor J. van Heekeren, in leven Commissaris tot de zaken van de Geneeskundige Staatsregeling enz.

Redevoering bij de Orde der Unie, bij gelegenheid van de plegtigheden der algemeene vergadering van de ridders der Unie, in tegenwoordigheid van Z.M. den Koning van Holland, uitgesproken te Amsterdam in de groote zaal van het Koninklijk Paleis, op den 25 van Grasmaand 1808.

Redevoering bij de Orde der Unie, bij gelegenheid van de plegtigheden der algemeene vergadering van de ridders der Unie, in tegenwoordigheid van Z.M. den Koning van Holland, uitgesproken te Amsterdam in de groote zaal van het Koninklijk Paleis, op den 25 van Grasmaand 1809.

Over de halfjarige cursus en de lange zomer-vacantien op de hoogescholen.

Leerrede over Genesis XLI. vs. 51; gehouden op den dank- en bededag, des jaars 1826.

Verhandeling over eenheid en verscheidenheid.

In wijding van het gedenkteeken ter nagedachtenis van L.J.W. Beeckman, gesneuveld den 5 Augustus 1831, als vrijwillig Jager der Leydsche Hoogeschool.

In Monumentum sempiternae magnanimi juvenis Ludovici Justini Wilhelmi Beeckman, in bello belgico caesi, memoriae dicatum, positum Lugduni-Batavorum, in Aede Sancti Petri, inauguratum, die 22. Junii 1832.