| |
| |
| |
Tuka Klaagliederen bij de Ndyuka ‘betekenis en achterliggende gedachten’
Door: André R.M. Pakosie
Inleiding
De aard van het rouwproces bij het verliezen van een dierbare, wordt bepaald door culturele invloeden. In sommige culturen vinden de rouwrituelen lang genoeg plaats, zodat men verzekerd is van voldoende tijd om het rouwproces door te maken. Bij de Ndyuka wordt rouw baaka genoemd. Het is al hetgeen gedaan moet worden om het smartelijk verlies van een dierbare te boven te komen.
In de Ndyuka samenleving, en dit geldt ook voor de andere Surinaamse en Frans-Guyanese Marrongroepen, worden de nabestaanden door de gemeenschap op allerlei manier ondersteund bij het doormaken van dit intensief proces, dat nodig is om het verlies van iemand aan wie men gehecht is te kunnen verwerken. Deze ondersteuning begint direkt bij de intrede van de dood.
De nabestaanden worden omgeven door mensen die hun voortdurend van dienst zijn. Er worden gesprekken met hen gevoerd en men spreekt hun wijze woorden toe. De ceremonieën rondom het overlijden bij de Ndyuka gaan gepaard met muziek,
| |
| |
zang en dans. Dit mag geenszins worden gezien als plezier maken omwille van de pret. De filosofie hierachter is dat hiermee het aardse leven van de persoon wordt afgesloten. Daarnaast worden de nabestaanden getroost en aangemoedigd om het verlies als realiteit te aanvaarden. De muziek, zang en dans die hoofdzakelijk bij dodenceremonieën worden uitgevoerd heten Tuka, klaagliederen en treurmuziek. In de liederen worden afscheidswoorden aan de dode gericht. Ook wordt het leed van de nabestaanden en de onmacht van de mens, de vergankelijkheid der mensheid, beklaagd.
Het luisteren naar de klaagliederen en treurmuziek doet vooral de rouwenden beseffen dat anderen ook de heftige emoties die het verlies van een dierbare teweegbrengen hebben ervaren, en helpt hen het isolement dat verdriet veroorzaakt te doorbreken. Naast de tuka worden bij dodenceremonieën ook andere muzieksoorten gespeeld: sociale muziek en in sommige gevallen ook religieuze muziek.
Bij dodenceremonieën heeft muziek een dienende, opwekkende en troostende funktie. De muziek en de liederen, vooral de tuka, geven troost. Het opwekkende ritme en de teksten herinneren de diepbedroefden eraan, dat hoe zwaar het leed ook is, het leven gewoon doorgaat. Dit helpt de nabestaanden, ook al is het alleen maar voor het moment, hun gedachten te zetten op hoe verder.
Bij het heengaan van iemand, wordt het leven van de nabestaanden op slag anders. Er breekt een tijd aan die gekenmerkt wordt door verdoving en
| |
| |
verwarring. Op zo'n moment spelen de emoties een belangrijke rol en kiezen soms de meest vreemde richtingen. Als je er alleen voor staat is het best moeilijk om het rouwproces door te maken.
Terwijl als de omgeving je emotioneel terzijde staat, kan je hier kracht aan ontlenen, en het aandurven en opbrengen om het rouwproces echt door te maken. Er is pas sprake van rouwverwerking, acceptatie en berusting, als men volledig de tijd neemt om het verdriet te verwerken. Als dit niet gebeurt kan het later een bedreiging vormen voor het verdere leven.
In dit artikel worden twaalf tuka-liederen beschreven in het Ndyuka, voorzien van de Nederlandse vertaling. Tevens wordt de achterliggende gedachte bij elk lied ontvouwd. Dit artikel is niet volledig. In een nog uit te geven publikatie over dood en rouw bij de Ndyuka zal uitgebreider ingegaan worden op de verschillende aspekten.
| |
Tuka-liederen
1. Wan Gaduman
na wan gaduman de a mi osu de,
na wan gaduman de a mi osu de
toku wisiman teke wan ana fu mi o
Ayando mi na e biibi gadu moo
| |
| |
| |
Vertaling
er woont een man Gods in mijn huis,
er woont een man Gods in mijn huis
toch heeft de ‘wisiman’ mijn ene hand afgenomen
Ayando ik geloof niet meer in een God
| |
Achterliggende gedachte
Dit klaaglied stamt uit de tijd van de slavernij. In die tijd werden mediums geen wintiman maar gaduman, man Gods, genoemd. Op grond van zijn kennis over de spirituele en religieuze wereld heeft een gaduman in de Bosnegergemeenschap veel aanzien. Zo ook da Ayando, die bekend stond als een hooggewaardeerde gaduman. Zij vrouw heette ma Apyaba. Ma Apyaba, was een oudere zus van de legendarische afo Susana Legina, een heldin voor de Ndyuka, die in hun strijd tegen de Boni een belangrijke rol heeft gespeeld.
Da Ayando woonde samen met zijn vrouw ma Apyaba in het gebied dat nu bekend staat als Frimangron in Paramaribo. Op een dag werd een van de kinderen van ma Apyaba en da Ayando plotseling ziek. Kort daarna overleed het. Uit de jammerklacht van ma Apyaba werd het bovenvermelde klaaglied samengesteld.
| |
| |
Volgens de overlevering waren de woorden van ma Apyaba als volgt:
‘Wan gaduman de a mi osu, da Ayando baa. San mi abi fu feele moo? Na fu kibii mi lata gi mi no, bika a de a ini mi osu kaba. Ma toku wisiman teke wan ana fu mi. Mundu na o taki san ede mi e biibi gadu namo no, san ede mi de a wan gaduman baka namo no? Da Ayando san pasa, mi a mu biibi gadu moo no? Ma bookondee-nengee no no, no no. Gadu na e dyonko, na buuse a buuse mi. Ma mundu abi tyali, u ala a fu dede. Wan gaduman eke da Ayando seefi a fu dede tu. Ayando da fa mi na o biibi gadu moo?’
| |
Vertaling
Er woont een man Gods in mijn huis, da Ayando. Wat had ik nog te vrezen? Was ik niet voldoende verzekerd van bescherming voor mijn kinderen, door de aanwezigheid van de man Gods in mijn huis? Toch heeft de wisiman, negatieve magiër, een van mijn kinderen kunnen doden. Zullen de mensen om ons heen zich niet afvragen waarom ik nog blijf geloven in een God, in de beschermende kracht van een man Gods? Da Ayando wat is er mis gegaan, moet ik dan niet meer in het bestaan van een God geloven? Mensen dat is het niet. God ligt niet te slapen, het is niet zo dat hij mij haat. Het is pijnlijk, maar wij allen zijn er om te sterven. Zo ook een medium als da Ayando. Ayando waarom zou ik niet meer in God geloven?
| |
| |
| |
2. Odi odi
Ayole san mi e go du anga y' odi?
| |
Vertaling
Ayole wat moet ik met jouw groet?
| |
Achterliggende gedachte
Ayole is een andere naam van Alande, de boodschapper van Okun, de dood. Ayole wordt ook Adyanaba of Akunambe genoemd. Over de Ayole zijn er verschillende klaagliederen gemaakt. De Ayole manifesteert zich als een vogel. Meestal hoor je zijn gefluit in de vroege ochtend aan de bosrand van het dorp. In de meeste gevallen gaat daarna iemand in het dorp dood. Soms hoor je het gefluit van de Alande ook vóór of na de begrafenis van een overledene. Men zegt dan dat de dood, Okun, of de overledene zelf de nabestaanden komt troosten. Toen dit zich voor het eerst voordeed, (waarschijnlijk toen de voorouders nog in Afrika woonden) zou de
| |
| |
weduwe of weduwnaar als reaktie gezegd hebben:
‘Alande san mi e go du anga y' odi, anga y' kee pina. A na o tyaa mi lobi kon a libi moo. Y' puu en a mi ana kaba. A a de f' y' kee pina anga mi, san m' mu du anga y' odi?’
| |
Vertaling
Alande wat moet ik met jouw troost. Het brengt mijn geliefde niet meer tot leven. Hij/zij is mij al ontnomen. Ik hoef niet getroost te worden door jou, ik hoef jouw groet niet.
| |
3. Ayole ala sama
kontantiman de na baka doo
Taawan dede Taawan beli Taawan
| |
Vertaling
hij die geen krediet geeft staat voor de deur
als één van ons dood gaat moeten de anderen hem
| |
Achterliggende gedachte
In dit klaaglied is Ayole ook weer, de boodschapper van de dood, die alleen maar onheilsberichten brengt. In de tijd dat dit lied ontstond manifesteerde de Ayole zich in het dorp. De dorpsoudste die het gefluit opving, riep tegen iedereen dat de Ayole zich
| |
| |
had geopenbaard. Wat betekent dat de dood, hij die geen krediet verschaft, op elk moment gaat toeslaan. Het dorp was daardoor in rep en roer, omdat niemand wist wie het zou zijn. De dorpsoudste zou troostend hebben gezegd:
‘Ayole bali o ala sama, da kontantiman de a baka doo. Ma awasi sama o dede, meke Taawan beli en, bika kontantiman seefi na o beli en.’
| |
Vertaling
Mensen wij hebben de Ayole weer horen fluiten, de dood staat dus voor de deur. Maar wie het ook mag zijn die dood gaat, de achterblijvers moeten hem begraven. Want de dood zal dat niet zelf doen.
Symbolisch betekent dit lied dat wij mensen t.o.v. elkaar verantwoordelijkheden hebben. Als iemand dood is, is niet alleen de familie, maar de totale gemeenschap verantwoordelijk voor de begrafenis. Uit de woorden van de dorpsoudste is het lied samengesteld.
| |
4. Kaansa
kaansa yooka Ayole kaansa
kaansa yooka Ayole kaansa
| |
| |
| |
Vertaling
het is geschied, de mens is weer Ayole (geest) geworden
| |
Achterliggende gedachte
Dit lied wordt gezongen door de oloman, grafdelvers, bij terugkeer van het delven van een graf. Zingend en tikkend op hun pagaaien lopen ze drie keren rondom de kee-osu, het dorpsmortuarium, waar het lijk ligt opgebaard. Met dit lied maken de oloman aan de levenden en het dodenrijk bekend, dat iemand zojuist het tijdelijke met het eeuwige heeft verwisseld. En dat zij, de oloman, klaar zijn om de dode ten grave te dragen.
| |
5. Akeema dobe
Akeema dobe, mi lobi fa y' e meke den uman e dobe
Akeema dobe ma luku fa y' e meke den kiyoo e dobe
| |
Vertaling
drum beweeg beweeg beweeg
drum beweeg, het doet mij plezier om te zien hoe je de
| |
[pagina *1-*2]
[p. *1-*2] | |
Dans bij een bookode (Foto: A.R.M. Pakosie, 1977)
| |
| |
drum beweeg beweeg beweeg
drum beweeg, wat mooi dat je de mannen ook laat
| |
Achterliggende gedachte
Als iemand dood is heerst er verdriet in het dorp. De nabestaanden verkeren in een shocktoestand: zijn verdoofd en hebben geen grip meer op het leven. Op zo'n moment komen er allerlei bizarre gedachten in je op. De mede-dorpsbewoners en anderen daar buiten, doen daarom alles om het leed van de nabestaanden te verzachten door zang en muziek en het vertellen van anekdotes en andere verhalen. Opwekkende muziek zet de mensen aan tot bewegen. Dit lied moedigt de drummers aan om flink muziek te maken zodat de mensen, vrouwen en mannen, erop kunnen dansen, kunnen bewegen. Door de vrolijke sfeer die er ontstaat, worden de nabestaanden, al is het maar voor het moment, afgeleid en worden hun gedachten gezet op hoe verder in het leven.
| |
| |
Vertaling
als de dageraad gloort is de begraafplaats
| |
| |
is de begraafplaats in het wit gekleed
| |
Achterliggende gedachte
Sabana is een andere naam voor begraafplaats. Het is de poort naar het kosmisch domein, het dodenrijk. Het dodenrijk is een oneindige plek in de kosmos. Als de tijd is aangebroken, de dageraad gloort, zal elk mens ongeacht zijn stand, naar toe verhuizen. Er is dan geen onderscheid, iedereen is gelijk, wordt geboren en gaat dood.
De symboliek van ‘Sabana wei weti’, de begraafplaats is in het wit gekleed, vindt zijn oorsprong in de slaventijd. In die tijd waren er slaven en meesters. Maar beiden gingen dood en werden begraven. En om allebei werd er gerouwd. Men kleedde zich in die tijd bij een begrafenis in het wit, de één was niet te onderscheiden van de ander. En het leek alsof de begraafplaats overdekt was met een wit kleed. De dood kent geen meesters en slaven, iedereen is voor hem gelijk, ‘Sabana wei weti.’
| |
| |
| |
| |
| |
Achterliggende gedachte
Dit lied is voortgekomen uit een Mato of wel Anainsi tori, moraliserende vertellingen en anekdoten met dieren als handelende personen. Ma Waapa, was stammoeder van een vissoort. Zij werd ziek en niemand kon haar genezen. Maar ‘dokter’ Anainsi, de slimme spin, liet weten dat hij ma Waapa wel beter kon maken. Er kwam een grote vergadering in het dorp der vissen die van ma Waapa afstamden. Zij besloten een delegatie naar dokter Anainsi te sturen met het verzoek mama Waapa te komen genezen. Anainsi kwam en eiste dat hij met de zieke ma Waapa afgezonderd werd in een hut gedurende drie maanden. De hut moest vol geladen worden met proviand genoeg voor drie maanden.
De vissen gingen mee akkoord en zo gezegd, zo gedaan. De deur van de hut ging op slot. En geen vis mocht ma Waapa vóór het einde van de derde maand zien. Wel mochten ze naast de hut staan en informeren naar het welzijn van ma Waapa.
Maar Anainsi was helemaal geen dokter. Er heerste namelijk hongersnood in het land van Anainsi. En toen hij over de ziekte van ma Waapa hoorde, zag hij zijn kans schoon om zich vet te mesten.
In de hut bracht Anainsi ma Waapa om, en gedurende de drie maanden was zij een deel van zijn maaltijd. Toen de drie maanden om waren, ontdekten de vissen dat ma Waapa al heel lang dood was. Anainsi heeft hen misleid. Zij eisten toen van Anainsi, de betaling terug, gi mi mi moni baka.
| |
| |
Dit lied is meer een protestlied tegen o.a. bedriegers, kwakzalvers. Als een familielid ziek is, wordt er alles aan gedaan om hem beter te maken. Er worden onkosten gemaakt om behandelaar(s) en medicijnen te betalen. Het kan ook voorkomen dat de familie een beroep doet op een behandelaar waarvan later blijkt dat hij onverantwoordelijk heeft gehandeld, of onbevoegd is.
Als na alle moeite van de familie de persoon toch overlijdt, is dat een teleurstelling en vraagt de familie zich af, waarvoor zij al de moeite en uitgaven heeft gedaan. In het geval waar dit lied voor het eerst gezongen werd, bleek dat de behandelaar een kwakzalver was. En na hem lijfstraffen te hebben gegeven, eiste de familie ook nog haar geld terug, gi mi mi moni baka, geef mij mijn geld terug.
| |
| |
Vertaling
raakt de kakkerlak zwanger
| |
| |
| |
Achterliggende gedachte
Dit lied beschrijft de chaos die bij de nabestaanden en hun omgeving ontstaat als een dierbare hen komt te ontvallen. Het leven lijkt geen zin meer te hebben. De gedachte dat alles mag vergaan wordt groot.
Men vergeet soms het kind eten te geven of aan de zieken te denken.
| |
9. Winta wai
te a e wai so da a e tyaa Mali gbe
| |
Vertaling
de wind waait, de wind waait
wanneer het zo waait, voert hij Mali weg
| |
Achterliggende gedachte
De mens is een geest met een lichaam. Het lichaam is altijd dood geweest. Het kwam tot leven toen de levensgeest in kwam. De geest verplaatst zich via de wind. De weduwnaar van ma Mali was zich hiervan bewust. Toen hij de wind voelde waaien, uitte hij de woorden waarvan dit lied is gemaakt.
| |
10. Wan na Maliya matando
| |
| |
| |
Vertaling
mijn Maliya was mijn enige steun
| |
Achterliggende gedachte
Toen Maliya, de volledige naam van Mali, overleed was het voor haar man niet alleen het verlies van zijn geliefde vrouw, maar ook het verlies van zijn enige steunpilaar. De man had een ziekte waardoor hij niet meer kon lopen. Hij was dus afhankelijk van anderen. En zijn vrouw Maliya was alles voor hem.
| |
11. Na on se y' e go
Adyanawa y' e gbe, na on se y' e go?
ma, kande u sa miti baka o wan dey o e?
ma dede-kondee a tyali te, fu teke Adyanawa
| |
Vertaling
Adyanawa, je gaat weg, waar ga je heen?
zullen wij dan elkaar ooit weer ontmoeten?
dodenrijk, het is toch droevig om Adyanawa van mij weg
| |
| |
| |
Achterliggende gedachte
Dit lied geeft weer de gedachte die bij een ieder opkomt als een dierbare overlijdt. De overledene laat alles wat hij bezat achter, zijn dorp, zijn huis, en wordt geplaatst in een graf. Hij is op weg naar het dodenrijk, de plaats waar niemand weet waar die zich bevindt. Het enige wat men weet is dat je pas daar komt, als je dood bent. De weduwe of weduwnaar vraagt daarom wanhopig aan de overledene waar die naar toe gaat. Waarom hij niet kan blijven, en of zij elkaar ooit weer zullen zien. Maar waar, vraagt de weduwe/weduwnaar zich af, als ik ook dood ben?
Niemand weet dit met zekerheid.
| |
12. Ogii a de ya
tide ogii a de ya na bun de ya ye
| |
Vertaling
vandaag wordt niet overheerst door het kwaad,
| |
Achterliggende gedachte
Dit lied wordt gezongen bij het malen van de suikerriet ter gelegenheid van een bookode.
Bookode zijn de ceremonieën rondom de officiële afsluiting van een rouwperiode. Bij de Ndyuka duren
| |
| |
deze ceremonieën acht dagen waarbij verschillende feestelijke aktiviteiten plaatsvinden. Een belangrijke onderdeel van de bookode is het bereiden van de suikerrietsap. Hiervoor wordt een grote hoeveelheid suikerriet geoogst, in stukjes gekapt en gemalen.
Het malen vindplaats door de suikerriet fijn te stampen in een speciaal gemaakte vijzel, welke de vorm heeft van een korjaal. Dit heet kenmata, suikerrietvijzel. In rijen bewegen de mensen zich rondom de kenmata, terwijl ze zingen en op het ritme van het lied de suikerriet stampen. Dit lied, ogii a de ya, kan zijn ontstaan ten tijde van de slavernij, waarbij voor feestelijke aktiviteiten de slaven en slavinnen ook moesten zorg dragen voor suikerrietsap. Een feest in de slavernij was het enige moment waar de slaven lol konden hebben en in de meeste gevallen geen zweepslagen hoefden te vrezen. Vandaar: Tide ogii a de ya na bun de ya, vandaag wordt niet overheerst door het kwaad, maar door het goede.
Symbolisch betekent dit lied bij de ‘fon ken’, het stampen van de suikerriet, dat deze dag niet meer door verdriet overheerst wordt, maar door plezier, omdat het leven gewoon doorgaat.
|
|