verplaatsers
Er zijn minstens drie bezetters van het ⵠ, het ◻ of het ○ die dienen om de keus uit te stellen van een lang par.:
1. het plaatsond. er (bezetter van ⵠ of o) stelt de keus uit van het getalsond.;
2. het eerste deel van een gesplitst vn-bw (bezetter van ⵠ of o) stelt de keus uit van het vzaz, de voor-pv van het hulpww van houding (bezetter van het ◻) stelt de keus uit van het hoofdww;
3. de voor-pv van het hulpww van houding:
(lig) |
niet de hele tijd |
om een boterham met kaas te zeuren |
(zeur) |
niet de hele tijd |
om een boterham met kaas |