Gedichten(1935)–Paul van Ostaijen– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 71] [p. 71] Priere impromptue 3 God nu kom ik op de hoogvlakte van de hoogvlakte ziet men Uw LICHT dat het licht in mij aansteekt ik zie de krachten van mij neergaan dezelfde KRACHT als de krachten van opgaan er is geen VAL Gij zijt neergang zoals Gij opgang zijt Gij zijt WAARDELOOS nog sta ik gesnoerd aan de BOOM VAN GOED EN KWAAD en ben slechts waardeloos omdat ik nog waarden ken GIJ ZIJT oppervlakkig in oppervlakte diep in diepte opgaan in opgang val in val WAAROM opgaan zoeken in val waarom is stijgen goed en vallen kwaad de oppervlakte is zo oppervlakte als de diepte diepte OP DE HOOGVLAKTE IS GEEN WAARDE MEER Vorige Volgende