Schets van de geschiedenis van 't toneel in de Maasgouw voor de Franse Revolutie

[p. 86]

Bijlage II
Den eydt van rhetorica.

Getrouw sal ick syn ten allen tijdt verbonden,
De Maghet Maria en Moeder ongeschonden
Ons waerde Patrones met ijver voor te staen,
En haeren Hemelvaert te voeren nu voortaen.

Ick sal soo veel vermag ter Sielen-Misse treden,
En tot den doodens rust mijn kleijn gebedt besteden.
Der compagnie altijd sal wesen huid en trouw,
Te raeden tot het best, 't afkeeren allen rouw.
Want my de Knaepe roept, stracx neerstig te verschijnen,

Te halden tmeest verdragh van allen int gemeynen,
Te leven naer inhalt der Rhetorycken Cart,
En geensints oijt te doen op geenderleyen art.
Wat aen ons Patroners naedeelig mochte wesen,
Oft wel der Compagnie zou schade doen bij desen.

Dit ick beloove nu te halden immervoort...
Soo sweir ick, help my Godt, en dit sijn heylig woord¹⁾.
In principio erat verbum, etc.

1) De tekst van 't Laatste Evangelie van Sint Jan ligt opengeslagen.