De monumenten in de gemeente Maastricht. Deel 2
(1974)–E.O.M. van Nispen tot Sevenaer– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 789]
| |
Aanvullende literatuurlijst.Ga naar voetnoot1)Algemeen.Geschiedenis en Stadsontwikkeling.n. boerma, Geschiedenis en beplanting van het stadspark, Maastricht, 1937 (gestencild). - e. franquinet, Hoe het Maastrichtsche stadspark er vroeger uitzag, Nedermaas, 1933/34, blz. 110. - Dezelfde, Het Maastrichtsche Vrijthof, Nedermaas, 1926, blz. 8. - f.l. ganshof, Over stadsontwikkeling tusschen Loire en Rijn gedurende de Middeleeuwen, Verhandelingen Kon. Vlaamsche Acad. v. Wetensch., Afd. Lett. en Schoone Kunsten, Antwerpen, 1941. - Gedenkboek der Ned. Herv. Gemeente te Maastricht 1632-1932, Maastricht, 1932. - h.c.w. hoegen, Maastricht, Maastricht, 1947, hoofdst. II en III. - a. kessen, Over de historisch-topografische ontwikkeling van Maastricht's plattegrond, Publications de la Soc. hist. et arch. dans le Limbourg, 1942/46, blz. 197. - Dezelfde, De Historische schoonheid van Maastricht, 3de druk, Amsterdam 1947. - j.th. lenarts, Gegevens over Maastrichtsche kloosters, medegedeeld en toegelicht door E.C.M. Batta, Maasgouw, 1940, blz. 11. - e. van nispen tot sevenaer, Maastrichtsche graf. steenen, Publications de la Soc. hist. et arch. dans le Limbourg, 1931, blz. 385; 1932, blz. 123; 1935, blz. 231; 1936, blz. 297; 1938, blz. 193; 1939, blz. 201; 1940, blz. 123; 1941, blz. 271. - g. panhuysen, Studiën over Maastricht in de dertiende eeuw, Maastricht, 1933. - j. schaepkens van riempst, Het oude Tricht, Eenige bijzonderheden omtrent straten, pleinen en bewoners, Publications de la Soc. hist. et arch. dans le Limbourg, 1931, blz. 187; 1932, blz. 71 en 1933, blz. 63. - d.c. vanschaik, Maastricht in het midden der 18e eeuw [maquette te Parijs; afb. 568 en 738], Maasgouw, 1937, blz. 25. - m. schoengen, Monasticon Batavum, Amsterdam, 1941/42. - j. tesser, De naam ‘Vrijthof’, Maasgouw, 1944/45, blz. 6. | |
Architectuur, Beeldende Kunsten, Kunstnijverheid.j. de borchgrave d'altena, Les caractères de l'art mosan au moyen âge, Bull. de l'Instit. arch. de Liège, 1949/50, blz. 61. - m. devigne, La sculpture mosane du XIIe au XVIe siècle, Parijs - Brussel, 1932. - h. eichler, Goldschmiedekunst an Rhein und Maas bis zur Stauferzeit, Trierer Zeitschr., 1935, blz. 168. - o. von falke en e. meyer, Romanische Leuchter und Gefässe, Berlijn 1935 - s.j. fockema andreae, e.h. ter kuile en m.d. ozinga, Duizend Jaar Bouwen in Nederland, dl. I, Amsterdam, 1948. - s. gevaert, L'orfèvrerie mosane au moyen âge, Brussel, 1943. - s. collon-gevaert, Histoire de l'art du métal en Belgique, Brussel, 1951 - e.h. ter kuile, De torens van Nederland, Amsterdam, 1946 - a. puters, Parallèle des architectures mosanes de Liège et de Maestricht, Maasgouw, 1950, blz. 98. - j.j.m. timmers, Houten beelden, Amsterdam, 1949 - Dezelfde, Ontwikkelingsproblemen der Maaslandse kunst, Academiedagen, 1952 -. | |
[pagina 790]
| |
A. Voor- en vroeghistorische en Romeinsche oudheden. (blz. 26 e.v.)a.w. byvanck, Nederland in den Romeinschen tijd, Leiden 1943, blz. 474, 713. - Dezelfde, Opgravingen en onderzoekingen in de jaren 1935-1939, Bull. Ned. Oudheidk. B., 1938, blz. 81. - w. goossens, in Oudheidk. Meded. Rijksmus. Leiden, 1927, blz. 55 - e. nijst, in Maasgouw, 1930, blz. 42; 1932, blz. 18. - a. schillings, Kessel of Maastricht, Nedermaas, 1937/38, blz. 205. - j. sprenger, in Maasgouw, 1934, blz. 35; 1951, blz. 22. - Dezelfde, Beknopt overzicht der voor- en vroeghistorische oudheden en hun vindplaatsen in de gemeente Maastricht, Oudheidk. Meded. Rijksmus. Leiden, 1948, blz. 15. - w. sprenger, in Maasgouw, 1930, blz. 8, 59, 70; 1932, blz. 46; 1933, blz. 72 - w. vermeulen, Oud-Maastrichtsche vondsten in de laatste jaren, Maasgouw, 1935, blz. 61. - Dezelfde, in Maasgouw, 1938, blz. 33; 1939, blz. 34. | |
Grafkelder (blz. 33); vroeg Christelijk?Vgl. Maasgouw, 1930, blz. 51. - Gildeboek, 1931, blz. 29. | |
B. Verdedigingswerken. (blz. 54 e.v.)p.f.h. maschek, Gesch. v.h. Korps Nederl. Mineurs en Sappeurs, Zaltbommel, 1853. - a. minis, Maestricht, ses fortifications, Chronique du Vieux Liège, 1950, blz. 252 - j.j. morreau, in de Gazet van Limburg, 7 Jan., 11 Febr., 3 Maart, 14 Maart, 13 April, 19 Mei en 8 Oct. 1950 en 17 Maart 1951. - Dezelfde, Militaire sorties der voorm. vesting Maastricht, Maasgouw, 1952, blz. 36. - Dezelfde, Kleine militaire bouwwerken in de oude vestingwal achter het klooster der Jezuïeten, Maasgouw, 1952, blz. 78. - w.h. schukking, De oude vestingwerken van Nederland, Amsterdam, 1941. - w.h. schukking en f. vermeulen, Over de oude vestingbouw in Nederland in de XVIde, XVIIde en XVIIIde eeuw, Oudh. Jaarb., 1937, blz. 1, 59. - w. sprenger, Oude walmuur nabij de papierfabriek te Maastricht, Maasgouw, 1926, blz. 20. | |
Tweebergenpoort (blz. 67), gesloopt in 1926.j. schaepkens, in Publications de la Soc. hist. et arch. dans le Limbourg, 1933, blz. 67. - w. sprenger, in Maasgouw, 1926, blz. 46. | |
C. Bruggen, gedenkteekenen. (blz. 91 e.v.)Maasbrug (blz. 91, e.v.), gerestaureerd in 1932/33 en na oorlogsschade. in 1948.a.j.a. flament, Eene schilderij van de Maasbrug door de Nederl. schilder Joris van der Haagen, Bouwwereld, 1923, blz. 93. - w. de haan, Oude Maasbrug Maastricht, merkwaardige ontdekking, Heemschut, 1934, blz. 107. - a. kessen, Jan van Eyck, De Madonna van Kanselier Rolin en Maastricht, Maasgouw, 1943, blz. 2. - a.h. cornette, Jan van Eyck en O.L. Vrouw van den kanselier Rolin, Elsevier's Maandschrift, 1938, blz. 1 - Dezelfde, in | |
[pagina 791]
| |
Jaarb. 1939/41 v.h. Kon. Mus. v. Sch. K. Antwerpen, blz. 85. - e. van nispen tot sevenaer, Heeft Jan van Eyck te Maastricht gewoond, Oudheidk. Jaarb., 1932, blz. 91. - e.a. serrarens, Iets over de geschiedenis der Maastrichtsche Maasbrug, Nedermaas 1925/26, blz. 124. - j.j.m. timmers, De achtergrond van de madonna van Rolin door Jan van Eyck, Oud-Holland, 1946, blz. 5. | |
Voorm. fontein op het Vrijthof.j. blonden, in Maasgouw, 1934, blz. 3, 13, 31, 37. | |
D. Wereldlijke openbare gebouwen. (blz. 96 e.v.)Voorm. Brabantsch (Spaansch) Gouvernement. (blz. 96 e.v.)j. de borchgrave d'altena, A propos des colonnades du palais des princes-évêques à Liège, Chronique archéologique du Pays de Liège, 1927, blz. 3, 42. | |
Gouvernement (blz. 103 e.v.), in 1934 vervangen door het huidige, door Ir G.C. Bremer ontworpen gebouw.Vgl. o.a.: g.c. bremer, in Ingenieur, 1935, B 203 en c.e.w. van panhuys, in Ingenieur, 1935, A 236. | |
Stadhuis. (blz. 118 e.v.)g.a.c. blok, Pieter Post, Siegen, 1937. - p. doppler, De klokken van het klokkenspel van het raadhuis te Maastricht, Maasgouw, 1929, blz. 32 - a. hullebroeck, Histoire de la tapisserie à Audenarde du XVe au XVIIIe siècle, Oudenaarde, 1938, blz. 137. - a. kessen, Het Maastrichtsche stadhuis. De eerste in druk verschenen afbeeldingen, Maasgouw, 1942, blz. 14. - Dezelfde, De wandtapijten in het stadhuis van Maastricht, Maasgouw, 1942, blz. 65. - h. königs, Das Gut ‘Der grosse Bau’ mit den Wandstuckbildern Gaginis, Zeitschr. des Aachener Geschichtsvereins, 1939, blz. 200. - j. van oppen, Schilderij uit 1499 op het raadhuis te Maastricht, Maasgouw, 1934, blz. 53 - a. puters, Le stucateur Gagini, Chronique arch. du Pays de Liége, 1949, blz. 77. - f. timmermans, Luidklokken en beiaarden in Nederland, Amsterdam, 1944, blz. 67, 102. - j.j.m. timmers, De Maastrichtsch-Luiksche schildersfamilie Coclers, Publications de la Soc. hist. et arch. dans le Limbourg, 1940, blz. 139. - g.t. van ysselsteyn, Geschiedenis der tapijtweverijen in de Noordelijke Nederlanden, Leiden, 1936; dl. I, blz. 165, 196; dl. II nrs. 871, 884, 885. - Dezelfde, Bij het afnemen en reinigen der tapisserieën van het raadhuis te Maastricht, Maasgouw, 1942, blz. 73. | |
E. Kerkelijke gebouwen. (blz. 147 e.v.)Voorm. Kloosterkerk van de Beyaard. (blz. 154 e.v.)j. kleyntjens, in Maasgouw, 1933, blz. 31 en Navorscher, 1933, blz. 234, 241. | |
[pagina 792]
| |
Voorm. Bonnefantenklooster. (blz. 156 e.v.)n. de jong, Korte geschiedenis van het Bonnefantenklooster, Maastricht (1951). | |
Voorm. Dominicanenkerk. (blz. 164 e.v.)Publications de la Soc. hist. et arch. dans le Limbourg, 1870, blz. 143. [In 1506 stortte tijdens een onweer de dakruiter neer].
Schilderingen. (blz. 176, noot 1.)
p. clemen, Gotische Monumentalmalereien, dl. I, blz. 36, noot 130; blz. 37, noot 31. [Keulsche invloed; overeenkomst met muurschilderingen van 1327 in St. Croix-en-Forez; te vgl. met XVde eeuwsche schilderingen in de Dom van Regensburg]. | |
Voorm. Franciscanenkerk. (blz. 190 e.v.)Bouwgeschiedenis. (blz. 201-202)
a. schaepkens, in Annales de l'Académie d'Arch. de Belgique, 1853, blz. 262. [Vermelding van het jaartal 1298 op een der pijlers. Op een teekening in het Rijksarch. te Maastricht draagt de eerste pijler aan de Noordzijde evenwel het jaartal 1291!] | |
Fransche of Waalsche Kerk. (blz. 208 e.v.)w.c. quarles van ufford, in Bull. de la Comm. de l'histoire des églises Wallones, 1932, blz. 5. | |
St. Janskerk. (blz. 215 e.v.)Publications de la Soc. hist. et arch. dans le Limbourg, 1870, blz. 14. [Kerkbrand en toreninstorting in 1390]. - a. verhoeven, De St. Janskerk te Maastricht, Maastricht (1948). | |
Voorm. Jezuïetenkerk en -klooster. (blz. 234 e.v.)j. notermans, in Nedermaas, 1937/38, blz. 72, 153, 176, 228; 1938/39, blz. 37. - j. tesser, De Jezuïeten te Maastricht, Maastricht, 1952. - b.h.m. vlekke, in Maasgouw, 1939, blz. 27, 40. | |
Voorm. Kruisheerenkerk en -klooster. (blz. 241 e.v.)s. peters, in Nedermaas, 1929, blz. 75, 94. - jac. breuer en yv. dupont, Guillaume de Jonckeu, un sculpteur liégeois du XVIe siècle, z.p., 1929. [Over het Sacramentshuis, dat thans in het Museum bewaard wordt]. | |
[pagina 793]
| |
Luthersche Kerk. (blz. 258-259.)j. schaepkens van riempst, in Publications de la Soc. hist. et arch. dans le Limbourg, 1932, blz. 107. [In 1682 verkregen de Lutherschen toestemming een schuur in de Raamstraat als kerk te gebruiken. In 1689 werden hun ‘tot bouwinghe der Kercke’ 100 pattacons gegeven]. | |
St. Matthiaskerk. (blz. 259 e.v.)p. dejong, Het orgel in de H. Matthiaskerk te Maastricht, Maasgouw, 1950, blz. 2, 20; 1951, blz. 1 - p. doppler, Klokken van de St. Matthiaskerk te Maastricht, Maasgouw, 1931, bl. 57. | |
Gesticht De Nieuwenhof. (blz. 278 e.v.)j. blonden, De bouw van het schip der kerk van den Nieuwenhof te Maastricht 1493-1494, Maasgouw, 1927, blz. 14. - g. panhuysen, De kerk en het klooster van den Nieuwenhof te Maastricht, Maasgouw, 1929, blz. 55. | |
St. Servaas (blz. 291 e.v.) en O.L. Vrouwekerk. (blz. 467 e.v.)Architectuur.
a. fuchs, Entstehung und Zweckbestimmung der Westwerke, Westfal. Zeitschr. f. vaterlandische Geschichte und Altertumskunde, 1950, blz. 227. - o. gruber, Das Westwerk, Zeitschrd. Ver. f. Kunstwissenschaft, 1936, blz. 149. - Dezelfde, Westwerke als Symbole des kämpfenden deutschen Christentums, Kunst und Kirche, 1940, Heft 4, blz. 53. - h.e. kubach, Spätromanische Westbauten des Maaslandes, Kunstchronik, 1949, blz. 211. - h.e. kubach en a. verbeek, Die Vorromanische und Romanische Baukunst in Mitteleuropa, Literaturbericht 1938-1950, Zeitschrift für Kunstgesch., 1951, blz. 124. - e. lehmann, Der frühe deutsche Kirchenbau, Berlijn, 1938, blz. 124. - e.o.m. van nispen tot sevenaer, in Leven en Werken, April 1941, blz. 15 [De O.L. Vrouwekerk, blz. 523, noot 1, vergeleken met Wissel (Rheinl.) en Rolduc]. - m.d. ozinga, De Romaanse kerkelijke bouwkunst, Amsterdam, 1949 - w. rave, Sint Servaas zu Maastricht und die Westwerkfrage, Westfalen, 1937, blz. 49. - a. verbeek, Romanische Westchorhallen an Maas und Rhein, Wallraf-Richarts Jahrb., 1936, blz. 59. - r. wallrath, St. Servatius in Maastricht, Zwischen Rhein und Maas = Rheinische Kulturgeschichte, dl. 3, Keulen, 1942, blz. 97.
St. Servaas, Geschiedenis. (blz. 291 e.v.)
j. brassine, Monuments d'art mosan disparus, Reliquaire d'Eginhart [voorheen in St. Servaas], Bull. de la Soc. d'Art et d'Histoire du Diocèse de Liège, 1938, blz. 155. - p. doppler, Verzameling van charters en bescheiden betrekkelijk het vrije rijkskapittel; Lijsten van proosten, dekenen en kanunniken, Publications de la Soc. hist. et arch. dans le Limbourg, 1930, blz. 201; 1931, blz. 247; 1932, blz. 251; 1933, blz. 95; 1934, blz. 227; 1935, blz. 19; 1936, blz. 141; 1937, blz. 191; 1938, blz. 33; 1939, blz. 93. - Dezelfde, in Maasgouw, 1937, blz. 48 en 1938, blz. 21. - j. yernaux, Les Von Trier, fondeurs de cloches et d'artillerie a Liège [Hans von Trier leverde in 1555 een klok voor St. Servaas], Chronique arch. du Pays de Liège, 1937, blz. 6. | |
[pagina 794]
| |
St. Servaas, Noodkist. (blz. 395 e.v.)
e. polain, Les grands artistes mosans, Godefroid de Claire, Bull. du Vieux Liège, 1940, blz. 1, 26, 63.
St. Servaas, Paramenten. (blz. 439 e.v.)
b. jansen, Laat Gotisch borduurwerk in Nederland, 's-Gravenhage, 1947, nrs 79, 80, 81, 82.
St. Servaas, Klokkenspel. (blz. 450).
p. doppler, in Maasgouw, 1936, blz. 23; 1938, blz. 47 - f. timmermans, Luidklokken en beiaarden, Amsterdam, 1944, blz. 70, 84, 102.
O.L. Vrouwekerk, Vroegere Romaansche Kloostergang.
j.j.m. timmers, Een merkwaardige reeks kapitelen in het Museum te Maastricht, Maasgouw, 1953.
O.L. Vrouwekerk, Reliekhouder. (blz. 554, nr. 18.)
björn hougen, An Anglo-nordic drinking horn from Holland, Supplement to Viking, 1939. - a.a. roes, A drinking horn of the Viking period, Verhandelingen d. Kon. Ned. Akad. van Wet., Afd. Lett., Amsterdam, 1940.
O.L. Vrouwekerk, ‘Patriarchaalkruis’ (blz. 558 e.v., nr. 38) en ‘Kruis van Constantijn’. (blz. 562, e.v., nr. 39).
m. thewissen, Twee byzanthijnsche H. Kruisrelieken uit de schat der voorm. kapittelkerk van O.L. Vrouw te Maastricht, Maastricht, 1939. [N.B. de juiste hoogte en breedte van het ‘Patriarchaalkruis’ zijn 38,3 cm en 24,5 cm]. |
|