Van de Hispanjers ofte Spangiaerden.
DE Hispanjers of Spangiaerden zijn in 't gemeen middelmatigh van gestalte des lichaems, en bruynachtigh van verwe. Sy veranderen haer kleedingh niet gelijck veel andere Natien van Europa gewoon zijn, maer volgen en onderhouden altijt haer oude dracht. De Mannen laten by de armen noch andere mouwen neerhangen, de broeck sluyt gnap om 't lijf; de voeten zijn met nette schoentjens geschoeyt; den hals met een breede bef of kraegh verciert; het hooft is met een breet-randige hoet bedeckt, en de schouders met een kort manteltje omhangen. De zijde is met een stekade en poock gewapent. De Vrouwen zijn oock na haer maniere seer kostelijck uytgedost, en van hooft- en hals cieraden wel voorsien.
De Spangiaerden zijn uyt den aert hoogmoedigh, de sachtmoedige uytgeslooten, waer doorse andere Natien weynigh achten, en beelden sich selven in een Monarchye over de gantsche Aerde, altijt trachtende naer nieuwigheden. Men vindt nauwelijcks een gemeen ambachts-man die niet, op zijn manier uytgedost en met pook en ponjaert gewapent, voor een Spaensche Don sou willen erkent wesen.
Over haer overwonnen vyanden zijnse wreedt, hier van kan genoeghsaeme getuygenisse geven dat eertijts volck-rijcke America ofte West-Indien. Hoe veel Eylanden en Koninghrijcken zijn aldaer door de wreede heerschappye en onversadende goudt-sucht der Spangiaerden van Inwoonderen ontbloot? Ia verscheyde contreyen die eertijts milioenen van Inboorlingen uytleverden, konnen hedendaeghs geen honderden te voorschijn brenghen. Ons Nederlant heeft geen weynige proeven van den straffen, hooghmoedigen, en wreeden aert der Spangiaerden uytgestaen: wat wreetheden, moorderyen, brantstichtingen, plonderingen, verwoestingen, overtollige schattingen, en ander gewelt soo aen den lichame als aen de conscientie veel duysenden der Nederlanders geleden hebben, staet met onverganckelijcke letteren in de gedenck-schriften van dien tijdt geprent.
De Spangiaerden zijn spaersaem en sober in 't eeten en drincken, haer dickwils met een weynigh fruyt en broodt latende vergenoegen, dese prijsselijcke manier onderhouden sy langh als het haer eygen beurs geldt, maer indiense ten kosten van een ander haer ledige magen vullen, niemant ter Werelt gulsiger als sy, en schijnen als dan de verloopen interest van haer voorgaende soberheyt op een maeltijdt te willen wederom inhalen.
De Spangiaerden zijn in 't gemeen niet tot den dronck, 't welck by haer voor groote schande geacht wordt, maer seer tot Venus-werck genegen, soo datse volgens het spreeck-woort, liever een schoone dame in haer hembt, als een krijghsman in sijn harnas sien.
Geen armer noch luyer Boeren zijn'er ter Werelt als in Hispanien te vinden; Haer dorpen staen ontbloot van tuynen, heggen en schuyren; welcke luyen aert van landtbouwery sy van de Mooren, welckers slaverny sy in 800 jaren nauwelijcks konden afschudden, overgeerft hebben.
De Koningen van Hispanien voeren een onbepaelde of monarchale regeeringe over haer Koninghrijcken en geconquesteerde Landen, welckers landtpalen, doen het Koninghrijck van Portugael aen de Kroon van Spanjen gehecht was, in de vier deelen des Werelts sich uytstreckten. In Europa besatense Hispanien, Portugael, Nederlandt, Mylaen, Napels, Sicilien, de Eylanden van Majorka, Minorka, en Sardinien. In Africa beheerschtense behalven de stercke Stadt en vestinge Tanger, de 7 Eylanden van Tercera, en S. Thomas. In Asia erkende haer de Indische Hooftstadt Goa, Diu, Ormus, Malacca en andere plaetsen, voor Opper-hoofden. By na geheel America of West-Indien, waer in de Koninghrijcken van Peru en Mexico als de voornaemste uytmunten, buckt on-