Lees maar, er staat niet wat er staat(1959)–Martinus Nijhoff– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 47] [p. 47] Holland Boven mijn hoofd hebt gij uw lucht gebreid: Een hemel, rijk van zon en wijd van wind - Terwijl ik juichend door de ruimten schrijd, Of aan uw borst lig als een drinkend kind. Rood van verlangen, bonzende van vragen, Ging weer een stuwen door mijn bloed, als breede Dorpen aan uwe glanzende einders lagen, En slooten weiden in figuren sneden. Het avondlicht zinkt door de vensters binnen. De bruine meubels denken aan elkaar, Een stervend woord wil overal beginnen - 't Eenvoudig leven Gods is diep en klaar: Een man in blauwen kiel en een vrouw in een Geruiten rok en witten boezelaar. Vorige Volgende