Oprecht onderwijs van de letter-konst(1669)–C.D. van Niervaart– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 2] [p. 2] Salomons Gebedt. Prov. XXX. OVervloedige Rijckdom noch Armoede groot, En wilt my Heere, op deser Aerden niet geven: Ick mocht u versaken door groote noot, Seggende: waer is de Heere gebleven? De overvloedigheyt doet den Mensche sneven: Want de Rijcke komt swaerlijck ten Hemel binnen, Maer Heere, want ick op der Aerden moet leven; Soo laet my matelijck mijn nootdruft winnen, Ghy kent de brosheyt van mijne sinnen: Rijckdom verheft, Armoede maeckt droeve, Dus geeft my alleen, Heere, dat ick behoeve. Vorige Volgende