Brieven. Deel 5. Minnebrieven-tyd 1861
(1892)– Multatuli– Auteursrecht onbekend
[pagina 143]
| |
myn hoofd. En ik wil 't gaarne aan Rochussen schryven. Wat zyn de kosten daarvan? Zouden die kosten kunnen gedragen worden op den prys, zoo neen, hoeveel zou 't zyn om te beoordeelen of ik het kan betalen? Ik heb eene zeer intieme reden hier voor. Uitstellen. 2. En als ik Rochussen beweeg, 't gratis te teekenen hoe hoog zyn dan de kosten van snyden, drukken etc? 3. Is er bezwaar, dat ik nog eens corrigeer? Of is dat te lastig? Ik zie nu aan de 2e correctie hoeveel my ontsnapt is by de eerste. 4. Verzoek om op den titel niet te zetten Schryver van etc. Dit is eene ydelheid van my. Multatuli moet genoeg zyn en 't zal genoeg zyn! 5. Als ge my iets zendt, laat dan s.v.p. de jongen my zelf opzoeken en wachten of ik iets heb mede te geven. Ik moet nu telkens een kruyer betalen. 6. Verzoek: In de opdragt niet te zetten Stamkart maar ‘Aan den Heer...... Doctor in de letteren.’
Waarde Heer.... De reden is deze. Ik heb hem geen permissie gevraagd te zeggen dat zyn rok kaal is, etc. | |
[pagina 144]
| |
De authenticiteit der zaak blykt toch uit 't geen hyzelf er byschryft (volgens uwe afspraak) en 't is dan delicater dat ik hem zich zelf laat noemen. Ik houd dit voor fatsoenlyker. [Dr. Stamkart heeft er niets bijgeschreven, noch zijn naam genoemd. In verband met hetgeen ik meedeelde op pag. 151 van het deel: ‘De Havelaar verschenen’ zie ik geen reden om zyn naam hier niet voluit te doen drukken, zooals hy in den brief zelf geschreven staat.] 7. Als ge my 's morgens niet thuis vindt, zend dan by Meyer. Men timmert my hier weg. Hartelyk gegroet tt. Douwes Dekker. Zondag morgen. Kan ik vandaag niet het 2e vel proef bekomen. Of is 't zetten niet klaar gekomen gisteren. |
|