457.
Welk soort van verf de dominees by de Gereformeerden, by de
Remonstranten, by de Doopsgezinden, enz. enz. beloven
meête brengen van den nevelboog der oude theologie, weet ik niet. Zeker
is 't, dat men hun geen tractement toelegt om verweerd glas te leveren. Maar ik
ben in 't bezit van 't ordinatie-formulier der
Evangelisch-Luthersche gemeente, en wat de hoofdzaken aangaat,
zal de instructie der andere heeren wel nagenoeg overeenkomen met de belofte
die 'n Luthersch predikant aflegt, voor hem 'n deel wordt toegezegd van 't
speelgoed der gemeente. Die belofte luidt aldus:
Ik ondergeschrevene verklaar bij deze opregtelijk: dat ik tot de
Evangelie-verkondiging in de Nederlandsche Evangeliesch-Luthersche Kerk
toegelaten, de belangen zoo van het Christendom in het algemeen, als van het
Nederlandsch Evangeliesch-Luthersch Kerkgenootschap in het bijzonder, door leer
en wandel, zorgvuldig zal behartigen; dat ik de leer, welke, overeenkomstig met
Gods Heilig Woord, in de aangenomen Symbolische Boeken der
Evangeliesch-Luthersche Kerk is vervat, ter goeder trouw aanneme en hartelijk
geloove; dat ik Christus en Christendom getrouw en naarstig zal prediken naar
de Schrift; dat ik op de bevordering van godsdienstige kennis, christelijke
zeden, orde en eendragt mij met allen ijver zal toeleggen, verbindende ik mij
bij deze mijne handteekening, tot al het voorgeschrevene en om, zoo ik bevonden
mogt worden tegen eenig gedeelte van deze verklaring en belofte gehandeld te
hebben, deswege mij te zullen onderwerpen aan de uitspraken der bevoegde
kerkelijke besturen.
Is dit duidelyk? My dunkt ja!
Ik neem voor ditmaal afscheid van de zaalbergery, met de woorden,
die de eerwaarde predikant Ludwig Lentz den
theologiae professor
Loman toeroept:
‘Niemand zwingt dich, das Predigt-Amt in unserer Kirche zu
begehren; kannst du, deiner Ueberzeugung gemäsz, Christum