[Eind maart 1887
Brief van Mimi aan C. Vosmaer]
Eind maart 1887
Brief van Mimi aan C. Vosmaer. Enkel velletje postpapier, waarvan blz. 1 en 2 (⅔) beschreven. (A.R.A., Vosmaer-archief, Den Haag; fotokopie M.M.)
Beste Vos! Myn zuster zond my daar nevensgaanden briefGa naar eind1. door den heer SchraderGa naar eind2., lid v.d. reichsdagGa naar eind3., aan haar gericht. Ik heb hem al een paar dagen - en wist niet hoe er mee aan. ik durf niet te vragen of gy 't doen wilt? Maar weet je misschien iemand die geschikt is? Het beste was natuurlyk dadelyk in 't duitsch. - als gy 't deed zou zeker het allermooist zyn. Myn zuster was voor een paar weken hier, en vertelde me je Amazone zoo veel gelezen werd en bewonderd in Berlyn. dus ze kennen je daar ook. Wilt gy het anders voor my aan iemand dien gy geschikt vindt vragen? Ik zal hem intusschen maar zeggen u een nummer van de ‘Nation’ te zenden, om kennis met het blad te maken.-
Ik heb gezien ge in den Spectator Bruinsma's stukje hebt overgenomen. heel goed. Telkens kryg ik nog belofte voor brieven er by.-
Maar O Vos, ik ben zoo verdrietig! Wat is alles - nu hy weg is! het is zoo - niet te overwinnen!
Groet uw vrouw en dochter heel hartelyk voor me. O Vos, en beleef jelui nooit zóó iets! Myn eenige troost is dat hy dìt ten minste niet geleden heeft - hy had my toch ook zoo slecht kunnen missen, de lieveling!-
Van harte de uwe
Mimi DD